MadeliefjeMadeliefjeMadeliefje

Jasmijn

* 28 september 1998 - 21 april 2003 †

Wilfred, Marjolein en Julia

Ons prinsesje Jasmijn

Twee dansende vlechtjes, je haren zo blond
Bruine ogen zo stralend, je lachende mond...

Ons prinsesje

Ons sprookje begon op 28 september 1998. Na een spoedkeizersnede, omdat ik het HELLP-syndroom kreeg in de 42e week, kwam onze Jasmijn gezond ter wereld. Ze had het even moeilijk doordat ze veel meconium in haar longetjes had, maar ze herstelde wonderbaarlijk snel. Wat waren we gelukkig met z'n drietjes. Jasmijn was een droom van een baby, heel fijntjes, mooie bruine ogen, huilde weinig, sliep gelijk door en betoverde iedereen met haar lach. Ons geluk kon niet op!

We genoten iedere dag van Jasmijn, wat bracht ze veel liefde en geluk. Ze was zo lief en vrolijk. Toen Jasmijn 2 ½ was kreeg ze een zusje; Julia. Ze was zo trots en blij, vond het geweldig om te helpen: eten geven, luier verschonen, knuffelen op de bank, een echte grote zus! Iedereen was gek op Jasmijn, haar stralende ogen en lach kon je niet weerstaan, ze hield van knuffelen, vond het bij iedereen gezellig. Een heerlijk meisje, met blonde vlechtjes en grote bruine ogen. Ze genoot van het leven, haar zusje, haar opa's en oma's, haar vriendjes, ze vond alles gezellig, lekker naar de speeltuin gaan, de dierentuin, zwemmen, hutjes bouwen, fietsen, alles had haar interesse.

Trotse zus

Ze groeide op tot een heerlijke kleuter, altijd gezellig, altijd grapjes maken en verhalen vertellen. Haar mondje stond geen minuut stil. Lekker dansen op K3, verkleden als prinsesje en nog steeds dol op knuffelen. Duim in haar mondje en lekker kriebelen bij mama in het haar. En altijd dichtbij mama in de buurt te vinden. En natuurlijk ging ook ons meisje voor het eerst naar school. Wat had ze het naar haar zin, vond het geweldig in haar klas: de Kikkers. Ze vond haar juf lief, kreeg veel vriendjes en vriendinnetjes, maar haar beste vriend was Marc, die kende ze al vanaf haar geboorte. Op 17 april hadden ze samen nog de grootste lol op de paasmarkt op school. Samen dansen op het podium, samen gek doen. Wie had kunnen denken dat dit de laatste keer zou zijn dat ze daar was?

Vriendjes voor het leven

Op 20 april, eerste paasdag, gingen we bij neefje Stijn paaseieren zoeken. De kinderen renden vrolijk door de tuin en vooral Jasmijn, als oudste van het stel, vond het ene ei na het andere. Tot ze wat stilletjes werd. "Ben je niet lekker", vroeg ik haar, ze knikte bevestigend. In plaats van met de rest van de familie naar de speeltuin te gaan, gingen we naar huis, hebben haar met een zetpilletje op de bank gelegd. Ik overlegde even telefonisch met de dokter: "griep waarschijnlijk". Om 19.00 uur zei Jasmijn ineens dat ze pijn in haar nek had. Hierdoor gealarmeerd heb ik gelijk de huisarts laten komen: "Ze heeft een goede griep" werd ons verteld. Toch gerustgesteld hebben wij haar om half 9 in bed gelegd.

Om 2 uur 's nachts riep Jasmijn Wilfred, dat ze dorst had. Wilfred geeft haar in het donker wat water en loopt weer terug naar onze kamer. Voordat hij in bed, stapt roept ze weer, dus hij denkt, ik ga wel bij haar liggen. Maar ze heeft weer dorst, dus Wilfred haalt weer een beker water, wat ze gelijk overgeeft. Hij doet het licht aan en krijgt de schok van zijn leven: Jasmijn zit onder de blauwe plekken. Hij roept mij en in een seconde sta ik beneden. "Oh mijn God", hoor ik mijzelf nog roepen.Een heel angstig gevoel bekroop mij. Ze zat op haar bedje, helemaal onder de blauwe plekken, mij vragend aan te kijken: ze snapte niet wat er gebeurde natuurlijk. Gelukkig niet. Wij tillen haar op, ze geeft nog een keer over, we pakken snel een schoon truitje, en rennen naar beneden. We doen haar jasje aan, ze staat nog op haar beentjes, ik neem haar in mijn armen en we rennen naar buiten. "Niet zo hard rennen mama", zegt ze met een zacht stemmetje, ze wordt natuurlijk door elkaar geschud en ze is zo misselijk.

Dat stemmetje blijf ik horen.

In een razend tempo zijn wij naar het UMC St. Radboud gereden, dat heel dichtbij is, en daar stond gelijk een team van artsen om haar heen. In het Radboud kunnen ze alles, zo naïef was ik op dat moment, ook al zag ik de ernst van de situatie in, je denkt toch dat ze nog wel iets kunnen doen. "Mama staat achter je lieffie, de dokters gaan jou beter maken", is het laatste wat ik nog kon zeggen. Ze keek mij nog een keer aan met haar bruine ogen, daarna is ze in slaap gemaakt. We zagen haar handjes blauw worden, "haar handjes, haar handjes!" hoor ik mezelf nog roepen. Ik viel flauw, heel even maar, zoveel angst, Wilfred liep te huilen. Ik zag haar benen donker worden, maar je blijft hoop houden, thuis praatte ze toch nog, kon ze zelf nog een beker vast houden stond ze nog op haar beentjes?! Dan kan dit toch niet gebeuren? We belden de opa's en oma's, broers, vrienden, iedereen kreeg de schok van zijn leven, Jasmijn was toch niet ziek? Jasmijn was nooit ziek, daar maakte we ook altijd grapjes over: zo'n tenger meisje, zo taai.

Maar dit gevecht kon Jas niet winnen, hoe sterk dat kleine tengere lichaampje ook altijd was, dit had ook een volwassene niet kunnen overleven. Ze is 7 keer gereanimeerd. De laatste keer, wij zaten in een hoekje van de kamer en we hoorden de arts de vreselijkste woorden uitspreken die we ooit hebben gehoord: "Roep de ouders maar". Ik gilde "ga door, ga door", maar ons meisje was al overleden aan de gevolgen van de vreselijke ziekte meningokokken b sepsis. Een hele extreme vorm. Ze was onherkenbaar, 10/12 kilo zwaarder. Er had een oorlog in haar lijfje gewoed. Het is niet te verdragen. Hoe kan dit gebeuren bij een gezond meisje? Binnen 20 uur hebben we haar verloren. Ze was "gewoon" grieperig". Dit is niet te bevatten. Ons leven staat op z'n kop. Hoe moeten we verder zonder ons prinsesje, ons zonnetje, ons vrolijke meisje?

Brown Eye

En de nachtmerrie gaat dan door; je moet ineens de begrafenis regelen. De begrafenis van je eigen dochter, daar kan je toch met je verstand niet bij? Je moet zelf een plekje uitzoeken. Ik hoopte steeds dat ik wakker zou worden, dat het allemaal niet waar zou zijn, maar die hoop vervloog snel. We hebben voor Jasmijn een plekje gevonden onder een roze bloesemboom, ze hield zo van roze. De begrafenis was heel moeilijk, maar wel zoals we het wilden, alles was roze, Jasmijn's kistje, iedereen was roze gekleed, er waren roze ballonnen, zelfs de pennen voor het condoleance boek waren roze. Jasmijn's lievelingskleur. Wilfred heeft zelf over ons meisje gesproken, Opa Jan heeft een stuk over haar gelezen, Wilfred's broer Arno heeft een mooi gedicht voorgelezen over Jasmijn, de school heeft een toespraak gehouden: Juf Tamara heeft een stukje uit het dagboek van Polleke voorgelezen, de knuffel die elk weekend met een Kikker mee naar huis ging, en waarvan we dan een dagboek bij hielden. Polleke is ook met Jasmijn mee het graf in gegaan. Namens onze vrienden is er iets moois over Jasmijn verteld en de collega's van Wilfred hadden ook een hele mooie toespraak. Alles zo persoonlijk, dat is wat we wilden, er werden liedjes van K3 gedraaid, en toen we de kapel uitgingen, draaiden we: "Zeg me dat het niet zo is" van Frank Boeijen. Er waren rond de 350 à 400 mensen, mensen die we dankbaar zijn dat ze met ons dit afscheid wilden delen. Dit hadden we niet alleen gekund.

In het gangetje

En nu hoe nu verder? We proberen de draad weer een beetje op te pakken: Julia moet ook een fijn leven krijgen, net als haar grote zus het altijd zo fijn had, maar oh, wat is het moeilijk en wat kost het kracht en moed. We hebben heel veel hulp van familie en vrienden, dat is ongelofelijk. De eerste 6 weken hadden ze schema's opgesteld zodat er dag en nacht iemand bij ons was. Er werd gekookt, voor Juultje gezorgd, alles werd geregeld. Nu we 6 maanden verder zijn, krijgen we nog steeds alle steun van de wereld, daar zijn we iedereen dankbaar voor. Alleen red je dit niet. Je merkt dat iedereen, ook mensen die we niet kennen oprecht verdrietig en geschokt zijn. Dat zoiets kan gebeuren. We praten veel over Jasmijn, kijken naar haar foto's, naar de videobeelden, waar ze zo vrolijk op is, heerlijk aan het dansen is, grapjes maakt en zo met haar zusje in de weer is. Ze leeft door bij ons, in ons hart en onze gedachten, haar herinnering levend houden, dat is zo belangrijk. Ze is zo'n speciaal meisje.

Verkleden als prinsesje

Lief, lief, drolletje, we missen je zo, iedereen mist jou zo, je was altijd zo'n zonnetje. Dag lief prinsesje, dag lief meisje, heel veel dikke kussen van papa, mama, Juultje, Opa Jan en Oma Els, Opa Arnold en Oma Rieky, Jeroen, Martijn en Monique, Arno, Mara, Stijn en je nieuwe neefje Pepijn, en alle vrienden die jou ook zo missen en die papa en mama zo tot steun zijn, en die ook zoveel van jou houden. Dag lieffie, dag vrouwtje, dag grapjasser...

Voorkant bedankkaartje

Gedicht op het bedankkaartje

28 september, een sprookje begon
Je kwam, je zag en je overwon
Een heel klein poppetje, fijn en teer
Je was de wereld voor ons en zoveel meer
Van lieve baby, naar vrolijke peuter
Werd je een heerlijke, mooie kleuter
Twee dansende vlechtjes, je haren zo blond
Bruine ogen zo stralend, je lachende mond
Wat was je blij toen je zusje kwam
Je noemde haar Juultje, Pulie, Pulieram
Samen dansen, samen springen
Samen de liedjes van K3 meezingen
Alles samen, samen spelen op bed
Samen in bad, samen zoveel pret
Je vond alles gezellig, alles een feest
Bij wie of waar je ook was geweest
De Opa's en Oma's, Monique, Martijn
Jeroen, Susanne, Arno, Mara, Stijn....
De tuin, het gangetje, de Distelstraat
Met Chrissie spelen het liefst tot laat
De school de Kikkers, wat vond je het fijn
Afspreken met Merel, Tim, Annemijn....
En Marc, je vriendje voor het leven
Kattenkwaad, lol en kusjes geven
De Goffert, de speeltuin, op vakantie gaan
Fietsen, zwemmen op je torentje staan
Je kamer in 't paars, zo fijn om te zijn
Je verkleden als prinsesje in roze satijn
Tekenen, lezen, met de poppen spelen
Hutjes bouwen, je nooit vervelen
Met de kleinste dingen tevreden zijn
Een steentje, een bloempje vond jij al fijn
Met z'n viertjes op de bank voor 't slapen gaan
Koffie drinken, kletsen, TV lekker aan
Duim in je mond, kriebelen in mama's haar
Gewoon heel gelukkig met elkaar
Oh lieve Brown Eye, Jas, Jaske, Jasmijn,
Dit had voor eeuwig zo moeten zijn
Het doet zo'n pijn jou te missen iedere dag
We missen je stem, je knuffels, je stralende lach....
We houden zoveel van jou maar dat zul je wel weten
Je leeft door in ons hart, wordt nooit vergeten
Want elke dag, van vroeg tot laat
Zal er over jou, prinsesje, worden gepraat
Over jouw humor, grapjasser, jouw zonneschijn
Hoe bijzonder je was; ons meisje Jasmijn
We koesteren alles, zullen alles bewaren
Prinsesje bedankt voor 4 ½ geweldige jaren
Dag lief klein meisje, dag lieve grote zus
Voor jou de allerdikste knuffel en de allerdikste kus....

Achterkant bedankkaartje

februari 2007

We leven nu bijna vier jaar zonder onze Jasmijn. Vier jaar waarin, naarmate de tijd verstrijkt, verdriet niet minder wordt, gemis alleen maar meer. Leven zonder Jasmijn is moeilijk. Haar grappen, haar geklets, haar eeuwig goede humeur, haar hele persoon, het is teveel om te missen.

Van een ware overlevingstocht, want zo kan je het echt noemen, zijn we nu wel in een andere "fase"e (naar woord) beland. We hebben de draad weer op kunnen pakken, we werken weer, gaan weer op vakantie, naar verjaardagen etc. etc. Maar het kost allemaal veel meer. Veel meer moed, veel meer kracht, veel meer energie. Je kan minder hebben, veel minder incasseren.

Niets is meer normaal. Wij zijn een incompleet gezin, bij alles wat we doen gaat Jasmijn mee en voelen we het intense gemis van onze sprankelende prinses...

Zo mooi....

Jasmijn, maart 2003

In het begin was ik heel bang dat er niet meer over Jasmijn zou worden gepraat, dat mensen haar zouden vergeten. Niets is minder waar. Haar plekje wordt druk bezocht en staat altijd vol met mooie tekeningen, bloemen, knuffels en andere cadeautjes. Op school is een bankje geplaatst met een herdenkingsbordje. Dat is voor ons heel waardevol.

We blijven haar verjaardag "vieren". We eten taartjes en sturen altijd mooie ballonnen naar de hemel. Voor ons is en blijft dat een mooie en bijzondere dag. De wereld werd toch een stuk mooier op 28 september 1998. Maar het had zo anders moeten zijn...

Jasmijns naam wordt vaak genoemd. Dat is voor ons ook de enige manier om er mee verder te leven. Het doet pijn als mensen doen alsof ze er nooit geweest is. Want ons meisje heeft in haar veel te korte bestaan een indruk voor het leven achtergelaten. We zijn enorm trots op haar en zo ontzettend dankbaar voor alles wat ze ons gegeven heeft. Ze is en blijft onze oudste dochter, een bijzonder meisje...

Jasmijns kroontje

Herdenkingsbordje

Sinds 7 mei 2004 schijnt de zon weer een stuk feller in ons gezin. Ons derde kindje, een zoon werd geboren; Thijs! Intens geluk. Thijs is een heerlijk, vrolijk en ondernemend mannetje. Hij is echt om op te eten, heeft veel weg van Jasmijn, heeft bruine ogen en is net zo'n vrolijke grappenmaker als zijn twee grote zussen.

Op 31 mei 2006 mochten wij dit geluk nog een keer ervaren en is ons vierde wonder geboren; Jasper! Vernoemd naar zijn grote zus waar hij ook enorm op lijkt. Al is hij heel donker, heeft zwart haar en hele zwarte wenkbrauwen. En haalt hij , met zijn 9 maandjes oud, meer streken uit dan Jasmijn in 4½ jaar. Wij zijn enorm dankbaar dat deze twee mannetjes in ons gezin zijn gekomen en ons zoveel geluk hebben gebracht.

Julia is supertrots, ze is gek op haar broertjes en verliest hen geen moment uit het oog. Hoeveel pijn het doet dat Jasmijn dit allemaal niet mee mag maken, is in woorden niet uit te drukken. Wat zou zij dit geweldig hebben gevonden, twee kleine broertjes....

Met onze Julia gaat het goed. Ik mag wel zeggen dat ik behoorlijk trots ben op dit kleine meisje (ze vindt zichzelf trouwens al behoorlijk groot...). Een prachtig kind wat, ondanks alle bagage die zij met zich meedraagt, een gelukkig en vrolijk meisje is. Zij is nu bijna zes jaar, gaat ook naar de Kikkers, heeft veel vriendinnetjes en begint steeds meer op Jasmijn te lijken. Dit is fijn, soms moeilijk, maar ook grappig om te zien. Ze heeft dezelfde humor, dezelfde interesses, dezelfde gelaatstrekken, zelfs dezelfde stem. Maar ook heel veel andere eigenschappen. En zo hoort het ook. Zij is Julia. Een heel uniek persoontje.

Het gemis van Jasmijn begint nu ook bij haar door te dringen. Ze is soms verdrietig, soms boos, stelt vragen, plukt bloemen en maakt tekeningen voor Jasmijn. We laten het allemaal maar gebeuren. Ook zij rouwt, op haar manier.

Ons leven zal nooit meer hetzelfde zijn. Leven zonder je kind is eigenlijk onmogelijk en dan ineens moet het....je kind kan je niet missen. Nooit.

Wel hebben we steeds meer "genietmomenten". We lachen weer en proberen zoveel mogelijk leuke dingen te doen. We genieten enorm van onze andere kinderen, van elkaar maar ook van alle lieve vrienden en familie om ons heen. Zonder hen waren we nu niet waar we nu staan. Want het is en blijft zwaar en er zijn dagen dat we het niet trekken. Wij zijn dankbaar dat iedereen accepteert dat het soms te moeilijk is, dat we ons soms terugtrekken omdat de pijn te snijdend is en dat het soms al genoeg energie kost om ons gezinnetje draaiende te houden.

Hierbij een woord van dank voor onze familie en vrienden. Het is soms niet makkelijk om met ons om te gaan. Dank je wel lieve allemaal, voor jullie onvoorwaardelijke steun en liefde.

De site van Jasmijn geeft ons heel veel steun. De vele bemoedigende en warme berichtjes die in Jasmijns gastenboek worden geschreven doen ons goed, het geeft ons kracht. De lieve woorden die over Jasmijn worden gesproken ontroeren ons, brengen een traan en laten ons glimmen van trots.
Want trots zijn we op onze oudste dochter...

Een warme groet van Wilfred, Marjolein, Jasmijn in ons hart, Julia, Thijs en Jasper

Roze Bloesemboom