KievitsbloemKievitsbloemKievitsbloem

Sanne Jager

* 21 oktober 2002 - 23 oktober 2002 †

John, Agnes en Jordy Jager

Het verhaal van Sanne, zusje van Jordy

Het was aan het eind van de maand maart dat we wisten dat je zou komen. Enigszins een beetje onverwacht, want we hadden er nog niet op gerekend. Je mama al helemaal, maar papa bleef volhouden dat ze waarschijnlijk in verwachting was. En jawel, hoor, je was zelfs al een eindje op weg. De uitgerekende datum lag rond eind oktober, misschien begin november.
Mama had het niet door en dat kwam vooral omdat ze dacht dat haar moeheid te wijten was aan het feit dat je 'grote broer' Jordy net terug was uit het ziekenhuis. Hij had net 3 dagen met een zware longontsteking in het ziekenhuis gelegen. Mama was al die tijd bij Jordy geweest en allebei hadden ze nauwelijks geslapen. Maar begin november zou je dan toch komen... het grote genieten van jou in mama's buik en het wachten op jouw komst kon beginnen.

De gehele zwangerschap verliep goed, vlekkeloos eigenlijk, dit in tegenstelling toen mama zwanger was van Jordy. Natuurlijk was mama wel veel moe en had ze last van haar bekken zodat ze het wat rustiger aan moest gaan doen.
Broertje Jordy vond zo'n dikke buik wel heel interessant. Steeds weer kriebelden zijn kleine handjes onder mama's trui en gaf hij kusjes op haar buik of werd er een liedje voor je gezongen. En elke keer als hij dat deed, vroeg hij waar jouw hoofdje zat, wees ernaar, en zei dan: ..."daar is baby's zere rug...". Uiteraard hebben we steeds tegen Jordy gezegd dat je geen zere rug had, maar je broertje is een volhoudertje. En achteraf...

Op zaterdag 12 oktober voelde mama jou niet meer zo goed bewegen. Ze is toen maar even lekker in bad gegaan, misschien komt het dan weer een beetje terug. Eigenlijk werd de stilte in haar buik alleen maar luider. We maakten ons steeds meer zorgen over jou en besloten toen om de verloskundige te gaan bellen. Zij vond het verstandig om even naar het ziekenhuis te gaan om een hartfilmpje te laten maken, want dan kon alle 'onzekerheid worden weggenomen'.
We zijn met z'n tweeën naar het Martini Ziekenhuis in Groningen gegaan, Jordy sliep die avond bij opa en oma, want eigenlijk zouden we met vrienden uit eten gaan. Het liep anders...

In het Martini Ziekenhuis aangekomen werd mama aan een monitor gelegd en kon het lange wachten en het lange registreren beginnen. Na zo'n anderhalf uur jouw hartje vrolijk kloppend te hebben gehoord, vonden we het zelf wel welletjes. Je hartje klopte, dus was er toch niets aan de hand...? Papa riep een verpleegkundige om te vragen of mama weer van de monitor af mocht. De registratie van de scan werd door haar bekeken en meegenomen om het voor de zekerheid nog even aan de dienstdoende arts-assistent te laten zien. Ook hij concludeerde dat er met jouw hartje niets aan de hand was. Opluchting alom dus toen we dit bericht kregen.

"Laten we even voor de zekerheid een echo maken", zei hij nog, "gewoon even om te kijken of ze goed ligt en of alles goed is met het vruchtwater". Routineklusje dus...
Eenmaal aangesloten op het echoapparaat verscheen je al gauw op de monitor voor ons. De laatste keer dat we je gezien hadden, was toen je 10 weken en 16 weken was. Je was een compleet mensje geworden met alles erop en eraan.
Maar steeds weer bekeek de arts-assistent weer je hoofdje, wisselde soms af door even naar iets anders te kijken, maar steeds weer ging hij terug naar jouw hoofdje. En toen die alleszeggende vraag: "Komen er bij jullie in de familie ook aangeboren afwijkingen voor?" Mama antwoordde met een vraag: "Hoezo?" Er bleek vocht in jouw hoofdje te zitten en vaak, zo vertelde de arts-assistent, duidt dat op een zogenaamde 'spina bifida', oftewel een 'open ruggetje'. Papa had geen flauw benul wat zo'n term inhield. Na een voorzichtige uitleg concludeerden wij dat - in het ergste geval - je misschien nooit zou kunnen lopen. Daar hadden we ons al snel bij neergelegd. Niet kunnen lopen is het ergste niet, je had het mooiste karretje gekregen dat er was, maar je was er wel gekomen.

De arts-assistent, die eigenlijk niet zo goed wist wat hij hier mee aan moest, besloot om de gynaecoloog te bellen voor een nader onderzoek. Deze was na ongeveer een half uurtje ter plaatse. En wachten duurt dan lang... Hij bekeek jouw hoofdje op het scherm, draaide zijn hoofd al na 2 seconden terug naar ons en zei: "Dit is niet goed". Hij zei: "Wat we nu gaan doen is niet leuk voor jullie, maar wij moeten nu eerst even met z'n tweeën alles goed bekijken, daarna kan ik al jullie vragen beantwoorden". Dus weer wachten.

Na een aantal zenuwslopende minuten legde hij ons uit wat er precies met jou aan de hand was. Inderdaad, je had een open ruggetje, en wel zó hoog dat de kans dat je de bevalling zou overleven al heel klein was. Er zat ook inderdaad vocht in je hoofdje hetgeen duidt op een 'waterhoofdje', maar de omvang van jouw hoofdje was van keurig formaat.
En met deze berichten zij we naar huis gestuurd. Mama wilde niet meer zwanger zijn, papa wist niet wat hij ermee aan moest. In het ziekenhuis hebben we jouw beide opa's en oma's nog gebeld, daarna zijn we naar huis gegaan... terwijl we eigenlijk niets liever wilden dan naar Jordy toe te gaan. Maar het was inmiddels zo rond 22.00 geworden, dus dat kereltje lag lekker te slapen, dan toch maar naar huis.

En zo begon een week (8 dagen zelfs) vol spanning en onzekerheid. Wat gaat er gebeuren, hoe gaat het gebeuren, je leeft toch niet meer...? Maar stel nou dat je wél levend geboren zou worden, wat dan? De gynaecoloog zei dat het "een zegen zou zijn als je één dezer dagen zelf zou komen te overlijden, dat de natuur ingrijpt", en dat we zelf niet over jou hoefden te beslissen. Ook dit liep anders dan verwacht....
In die week hebben jouw papa en mama veel gepraat over wat er nu moest gaan gebeuren wanneer je wél levend ter wereld zou komen. Uiteraard hing het er voor een groot gedeelte van af hóe je ter wereld zou komen. We besloten dat - wanneer het écht zó erg met je zou zijn zoals men voorspelde - dat we jou niet aan allerlei apparatuur wilden laten aansluiten. Als de voorspelling van de gynaecoloog uit zou komen zou dat betekenen dat je nooit een menswaardig bestaan zou kunnen leiden.

Maandag 21 oktober gingen we 's morgens vroeg terug naar het Martini Ziekenhuis voor... tja, waarvoor, daar waren we zelf ook niet zeker van. Zou je worden gehaald? Kwamen we slechts voor een vervolggesprek waar we niet op zaten te wachten...? Wél een gesprek, maar ééntje van korte duur. Je zou worden gehaald, en als we wilden, kon dat vandaag nog.
Nog geen half uur later lag mama weer in een ziekenhuisbed te wachten op de dingen die zouden gaan komen. En zo trekt de dag als een film aan je voorbij, af en toe komt er een arts om het hoekje kijken, maar voornamelijk was het weer wachten. Ook nadat de weeën waren opgewekt duurde het best nog een tijdje voordat je van je liet horen. Het werd geen gemakkelijke bevalling, maar het resultaat mocht er zijn: je leefde! Van alles hadden we verwacht, maar dat niet!

Sanne bij mama

Je was een prachtig meisje, met écht alles erop en eraan! Een heel lief snoetje, en... je leek sprekend op je broertje Jordy! Echt als twee druppels water leken jullie op elkaar...
Direct nadat je er was kwam de kinderarts je bekijken. Even nog had mama hoop dat het allemaal tóch nog goed zou komen, je leek immers zo gaaf...? Maar door de woorden van de kinderarts liet mama die hoop al gauw varen. Het was inderdaad zo erg met je als dat ons ook was voorspeld op die donkere zaterdagavond.
"Heeft ze op dit moment pijn?", vroegen we aan de kinderarts. Ja, daar was hij vrij overtuigd van. We hadden zelf altijd gezegd dat wat er ook zou gebeuren, je in ieder geval geen pijn mocht hebben. Het verplegend personeel nam je mee voor wat nader onderzoek en om je pijnbestrijding te geven.

Papa en mama waren inmiddels verhuisd naar een andere kamer en even later kwam jij daar ook. Je had ondertussen een morfine-infuusje gekregen en je was keurig aangekleed. Dus eigenlijk was je er helemaal klaar voor om jezelf aan de opa's en oma's te laten zien.
Even voor 20.00 uur was je geboren en even na 21.00 uur waren de opa's en oma's daar. Ook was inmiddels onze dominee gearriveerd. (Jordy noemt hem nu "Sannes dominee", en gelijk heeft ie!)

Nadat je een infuusje had gekregen werd je weer bij ons terug gebracht. Je werd door iedereen bewonderd, wat was je mooi. Er was helemaal niets aan je dat iemand op de gedachte kon brengen dat je wel eens ernstig ziek kon zijn. Kleine rode vingertjes, donkere haartjes met een slag erin, precies je broertje Jordy...
De eerste nacht valt. Mama blijft bij jou in het ziekenhuis en papa gaat met Jordy naar huis. Die eerste nacht kom je goed door.

's Morgens vroeg was papa er al weer en even later werd ook je broertje weer bij ons gebracht, door (je tante) Brenda. Niet veel later waren ook de opa's en oma's weer bij je.
Ook heeft papa jou die morgen maar eens 'aangegeven' als zijnde geboren. Snel moest papa nog naar huis rijden om het trouwboekje te halen (waar jij natuurlijk ook ingeschreven moest worden), maar daarna werd je keurig bijgeschreven: Sanne Jager, geboren 21-10-02 te Groningen.

Jordy werd ondertussen verwend door opa met cadeautjes. Eigenlijk heeft hij de hele tijd cadeautjes gekregen, samen met jou. Van Margriet kreeg je 'teigetje', je broertje kreeg 'Poeh beer', maar inmiddels liggen ze allebei bij hem in bed. "Is van Sanne", zegt ie dan, "maar mag ik mee spelen".

Die dinsdagmorgen heb je nog heel even je oogjes open gedaan, 't was eigenlijk de laatste keer al dat we je met je oogjes open hebben gezien. De kinderarts vertrouwde het toch niet helemaal en heeft de dosering morfine aangepast, oftewel verhoogd. Dat zorgde er mede voor dat je oogjes gesloten bleven. Tegen de middag werd je gezichtje donkerder, tot bijna paars aan toe en je hield op met ademen, eerst seconden lang, later minuten lang.... Totdat je je blijkbaar ineens weer herinnerde dat ademhalen er ook bij hoorde en je toch maar weer begon. Diezelfde middag werd je eigenlijk al 'hersendood' verklaard. Ook kreeg je die middag wat last van stuipjes en ook daar kreeg je dan weer medicijnen voor. Met name voor het verplegend personeel was dit zwaar, zij leefden immers in de wetenschap dat het toedienen van deze medicijnen wel eens voor jou de druppel konden zijn...

's Middag tegen ongeveer 17.00 uur is papa naar huis gegaan om nog even met Jordy te spelen en hem daarna op bed te maken. Papa was tegen 18.45 weer bij je terug.
Die avond werd je steeds vaker een beetje donkerder van kleur en stopte je weer met ademen. Je kon je eigen lichaamstemperatuur niet meer op peil houden, bleek later. Inmiddels was je weer verhuisd van de kraamafdeling naar de kinderafdeling waar je een hele kamer voor jezelf kreeg én 24 uur verpleging. Eigenlijk mocht je al helemaal niet meer van de kinderafdeling af. Papa en mama zijn tot laat bij je op gebleven, mama kreeg een eigen bed bij jou op je kamertje, papa kreeg een kamer verderop.
Die nacht (van dinsdag op woensdag) werden we nog een keer door de verpleging uit bed gehaald, 't was nog vroeg in de nacht... je was weer donker van kleur geworden en je was al enkele minuten geleden opgehouden met ademhalen. Steeds langer kon je dat volhouden. Maar ook déze keer bleek je ons weer voor de gek te houden en begon je na 10 minuten weer te ademen, de nacht kon worden voortgezet.

De volgende morgen was er eigenlijk niet zo heel veel veranderd, je bleef donker worden, je bleef minutenlang geen adem meer halen. Eén arts had de hoop 's middags al opgegeven: ..."dit is het laatste...", maar ook daar kwam je weer doorheen. Jordy kwam 's morgens weer, maar had meer zijn aandacht bij de televisie in de gang en het vele speelgoed, dan bij jou. 's Morgens en 's middags kreeg je natuurlijk weer veel bezoek van allemaal mensen die jou graag nog wilden zien. Van opa en oma en van je oom Bert en tante Anita kreeg je een mooi zilveren armbandje met je naam erop. Die heb je direct om gekregen.
Tegen het eind van de middag waren we voor het eerst (als voltallig gezin) samen en hebben we met z'n viertjes patat gegeten. Jordy bedacht zich dat jij waarschijnlijk ook wel wat lustte en probeerde wat patatjes aan jou te slijten.

Weer werd de dosering morfine verhoogd en steeds vaker bleef je langer 'weg'. 's Avonds hield je hartje op met kloppen. Twee verpleegkundigen vertelden ons dat je was overleden, dat gevoel hadden we zelf ook. Maar na 3 kwartier kwam de kinderarts luisteren en zij vertelde ons, tot onze grote schrik en verbazing, dat je hartslag terug was. En weer was je bij ons teruggekomen...

Bij de verpleging hadden papa en mama erop aangedrongen om aan deze lange, slopende lijdensweg iets te doen. Maar na een gesprek met de kinderarts bleek dat er gewoonweg niets meer gedaan kón worden. De morfinedosering was al maximaal, het zou nu helemaal op jou neer komen. Er werd ons geadviseerd wat afstand van je te nemen, het zou kunnen dat je je te veel aan ons vast klampte en zodoende maar bleef volhouden... De kinderarts bleek gelijk te hebben, diezelfde avond, tegen 23.15, ben je overleden.

Sanne's beertje...

Een tweetal van de verpleging heeft jou nog lekker in badje gedaan en mooie kleertjes aan getrokken die je van oma had gekregen. Je rook lekker naar Zwitsal... Thuisgekomen hebben we je lekker in je bedje gelegd met alle knuffeltjes om je heen die je had gekregen.

Sanne thuis in haar bedje...

De dagen daarna kroop Jordy regelmatig bij jou in je bedje om liedjes voor je te zingen of om je een kusje te geven. "Voelt wel koud", zei hij dan...

Op 28 oktober 2002 ben je in besloten kring op de Walakker te Zuidlaren begraven...

Jordy bij Sanne's mandje...

Mama, papa en Jordy

De handjes van Sanne

U kunt hier Sanne's website bezoeken.