KievitsbloemKievitsbloemKievitsbloem

Karim

* 23 december 1997 - 14 maart 1998 †

Like

Voor mijn allerliefste mannetje

Karim is geboren na een zwangerschap van 29 weken en 5 dagen, nadat mijn vliezen waren gebroken door onbekende oorzaak. Hij woog 1575 gram, wat goed was voor de duur van de zwangerschap. Er werd mij verteld dat de gezondheid van Karim per halve dag bekeken zou worden en dat het dus ook ineens heel slecht kon gaan. Maar Karim deed alles boven verwachting en hij heeft in totaal 5  weken in het ziekenhuis gelegen.

Op 27 januari 1998 mocht Karim mee naar huis. Hij woog toen 2325 gram en ik vond hem nog best heel klein en vond het ook wel heel spannend. Tot die tijd was ik toch steeds omringd met artsen en verpleegkundigen en nu moest ik het zelf allemaal goed doen. Toen Karim net geboren was, had de kinderarts gezegd dat ik er rekening mee moest houden dat Karim rond z'n uitgerekende datum (dit was 5 maart 1998) mee naar huis zou mogen. Om die reden had ik op 14 maart 1998 een kraamborrel gepland.

De kraamborrel was bij m'n ouders thuis en was heel gezellig. Toen ik 's avonds met Karim naar huis wilde gaan, begon hij te huilen. Al snel sloeg het huilen over in hard huilen en heb ik hem proberen te troosten. Ik liep een beetje heen en weer met hem en gaf hem kusjes in z'n nekje. Ineens huilde hij niet meer en bleef hij akelig stil. Ik keek naar z'n gezichtje en z'n oogjes stonden open, maar hij keek er niet meer mee. Ik schrok heel erg, omdat ik wist dat het helemaal fout was. Voordat ik kon bedenken wat ik moest doen, liep hij helemaal blauw aan. Ik heb 112 gebeld, m'n broer hield Karim vast en m'n moeder startte de auto. M'n broer is in de auto begonnen met mond-op-mond beademing en hij voelde iets nats. Achteraf bleek dat bloed te zijn, Karim had een bloedneusje gekregen. Binnen 3 minuten waren we bij het ziekenhuis waar ze klaarstonden om gelijk met de reanimatie te beginnen.

Gedurende 45 minuten hebben ze geprobeerd Karim te reanimeren, wat niet gelukt is. Ik heb Karim daarna bij me genomen en kon niet geloven dat hij dood was. Ik gaf borstvoeding en het was weer voedingstijd, maar Karim was overleden. Ik heb toen moeten afkolven en de melk door de gootsteen weggegooid, terwijl Karim in een bedje lag. In het kamertje daarnaast sliepen de babietjes van de afdeling en dat was heel confronterend, omdat ik die hoorde huilen af en toe. Ik heb Karim daar achtergelaten, wat het allermoeilijkste moment is geweest. Ik liep weg uit het ziekenhuis en ik heb me toen heel erg schuldig gevoeld dat ik Karim daar achter moest laten. Hij is daar gebleven omdat ik toestemming had gegeven voor obductie. Hoewel ik ook toestemming had gegeven voor een schedellichting, is dat nooit gebeurd doordat er naar mijn idee niet goed gecommuniceerd is tussen de kinderarts en de patholoog, maar daar zal ik nooit achterkomen. Feit is wel dat er geen doodsoorzaak gevonden is in z'n lichaampje en het daarom wiegedood heet. Wat er in z'n hoofdje is gebeurd, zal ik nooit weten. Ik vind het heel erg dat ik niet weet waaraan m'n kind overleden is.

Ik mis Karim nog elke dag heel erg. Hij is altijd in m'n gedachten.

mijn allerliefste mannetje
deze foto is genomen tijdens de kraamborrel op 14 maart 1998

Aan Karim

*23-12-1997  14-3-1998

Leg je handje in mijn hand,
Ik breng je naar het bloemenland,
Het land, waar het hoge pijpkruid groeit
En waar de witte meidoorn bloeit.
Daar zijn bloemen in overvloed,
Boven je hoofd en onder je voet
Met bloemen bekranst, met bloemen beladen,
Zullen we door de bloemen waden,
Langzaam aan, dat onze hakken
Niet de stelen zullen knakken.