KievitsbloemKievitsbloemKievitsbloem

Janick van Schijndel

* 27 december 1997 †

Henca

Voor mijn Sterrenkind Janick

Mijn zoon Janick is op 27 december 1997 geboren en gestorven. De dag na kerst, ook wel eens derde kerstdag genoemd. Net voor de bevalling kreeg ik een placentaloslating, deze loslating was voor 90%. Binnen 10 sec. was het over. Janick heeft niets geleden, maar ik zoveel te meer.
Dagelijks voel ik de pijn om hem te missen. Ik wil jullie graag iets vertellen over mijn leven.
Ik ben een normale vrouw van 33 jaar oud, maar mijn nieuwe leven begon op 27 december 1997. Het begon met de woorde van de arts: "het spijt me verschrikkelijk, maar uw kindje is dood.....". Ik moest toen gaan leren leven met een nieuw leven.
Een leven vol met angst, wanhoop, woede, maar vooral verdriet.
In het begin was het net of ik in een coconnetje leefde. Het was net of ik langs de zijlijn stond te kijken naar mezelf.
Hoe ik alles regelde voor de begrafenis, hoe ik mensen troostte.
Na een aantal weken verdween dat coconnetje en moest ik mijn eerste stappen gaan doen in de grote buitenwereld. De reacties van de mensen waren verschillend, er waren goede en minder goede. De minder goede reacties bleven veel langer hangen en maakten enorme indruk op me. Er waren dagen bij dat ik de reactie niet van me af kon zetten. De reactie als: "je bent nog jong...." "gelukkig heb je er nog een...." "je had toch geen band.....". Die bleven in mijn hoofd spoken. Ik wist dat mensen het goed bedoelden, daarom zei ik er niets van.... ik dacht alleen!!
Op een dag stond ik bij het grafje van mijn kind. Ik stond een beetje peinzend naar zijn steentje te kijken. Ik hoorde een man over het pad voorbij schuifelen. Ik keek op en de oude man keek me aan. Ik had hem wel vaker gezien in de verte bij de oude graven. Hij keek me aan en zei: "Erg zo'n klein grafje". Ik zei, "het ergste dat je kan overkomen." "Ik weet het vrouwtje, en het blijft je hele leven bij," zei de oude man. Toen liep hij door.
Ik loop altijd als ik bij het grafje van Janick ben geweest langs een bepaald beeld op het kerkhof. Tussen de bomen zag ik man bij een graf staan, hij bukte en legde er iets neer, toen liep hij met gebogen schouders weg.... Ik liep om de bomen heen en ging naar het graf waar hij bij stond. Het was het oude gedeelte, de meeste graven waren overgroeit met klimop en andere planten. Het graf waar hij bij stond was helemaal schoon, en het was geen graf maar een grafje.
Ik las wat er op stond:

Daan mijn jongen
* 19-02-1948 20-02-1948

De woorden van de oude man gingen door mijn hoofd: "Het blijft je hele leven bij je".

Toen ik naar huis liep besefte ik dat ik het mensen moest gaan vertellen: Dat wat ik heb meegemaakt niet goed te maken is met: jong zijn, met: er al een hebben, met: geen band hebben. De mensen bedoelen het misschien goed, maar ze weten het niet.
Ik moet op zoek gaan naar mensen die ook zoiets hebben meegemaakt. Ik ben gaan zoeken en uiteindelijk ben ik hier terecht gekomen.....bij LE.

Jij,
zonder gezicht
weet wat ik voel

Jij
zonder stem
hoort wat ik bedoel

de letters komen uit het niets.

Ze menen het,
ze zeggen me iets
De brieven
vol begrip
en medeleven
zomaar
van iemand
uit een hart gegeven.

Zonder jouw ogen te zien.
weet ik dat daar tranen staan.
Samen verder,
samen er doorheen gaan

Mensen,
zonder stem,
zonder gezicht.
De letters
de woorden,
die de pijn
iets verlicht.

Henca, 8 juni 2000