KievitsbloemKievitsbloemKievitsbloem

Lennart Dinand Peezenkamp

* 24 december 2002 †

papa Edwin & mama Nancy

broertje "bengeltje" Lars (10 augustus 2001) Peezenkamp

Ik zal me eerst even voorstellen. Ik ben Nancy 30 jaar en getrouwd met Edwin 36 jaar. Samen hebben we een Bengeltje, hij heet Lars, ons Engeltje heet Lennart* en in januari/februari verwachten we ons derde kindje.

Hier volgt het verhaal van ons Mannetje Lennart*.

De vier miskramen

In 1996 besloten we met voorbehoedsmiddelen te stoppen, omdat we graag een kindje wilden. We waren toen nog niet getrouwd, dus planden we een trouwdatum voor mei 1998. We dachten dat er tegen die tijd ook wel een bruidsjonkertje of meisje van ons zelf zou zijn. Na twee jaar proberen zwanger te worden, kreeg ik in april 1998 mijn eerste miskraam, 1 maand voor onze trouwdag. We dachten er toen nog niet zoveel over na, we hadden er wel verdriet om, maar wisten ook dat dit zoveel mensen overkomt. In augustus van datzelfde jaar bleek ik opnieuw zwanger te zijn. Ik vertelde Edwin dit op zijn verjaardag, wij beiden waren dolblij. Toch was ik onbewust ook heel onrustig, bang om weer een miskraam te krijgen. We vertelden de familie en de vrienden over de zwangerschap, ze waren allemaal erg blij voor ons. Toch kreeg ik een paar dagen later weer bloedingen, en een miskraam volgde. We vingen wat van de weefselstukjes op voor onderzoek, ook moest ik voor de zekerheid naar het ziekenhuis voor een echo, daar bleek inderdaad dat er geen hartactiviteit meer was van het kindje, het kindje was toen 8 zwangerschapsweken oud. Wel bleek dat er nog veel weefselresten achtergebleven waren en een curettage volgde. We waren erg verdrietig, ik omdat mijn lichaam niet zwanger kon zijn, maar ook dat mijn lichaam het vruchtje niet vanzelf afstootte.
Edwin ging de familie en de vrienden langs om het treurige bericht te vertellen. Iedereen leefde erg met ons mee. Wel kregen we soms vervelende opmerkingen van mensen, zoals kom op meid je bent nog jong en wees blij dat het kindje stierf, want straks was het gehandicapt geweest, het lichaam stoot het niet voor niets af. Op zulke momenten word je boos en verdrietig tegelijk. We begonnen in het ziekenhuis met gynaecologische onderzoeken, zoals chromosomenonderzoek, spermaonderzoek, bloedonderzoeken en het weefselonderzoek van het vruchtje. Uit al deze onderzoeken is niets uitgekomen, alles zag er normaal uit en we hadden waarschijnlijk gewoon domme pech gehad. In januari 1999 volgde onze derde miskraam. Weer gingen we de medische molen in, weer volgden er allerlei onderzoeken en weer kwam er niets uit. We hadden voor onszelf besloten dat we het hoger op wilden zoeken, bijv. een academisch ziekenhuis, dit was in juli 1999. Toen zei de gynaecoloog dat ik nog nooit op de suiker was geprikt en dat ik dat eerst nog maar eens moest doen. Een dag later kreeg ik al bericht, ik moest naar het ziekenhuis komen. Er was iets niet goed met mijn suiker werd er gezegd. Zelf dacht ik nog, een paar pilletjes en het is weer goed. Maar in het ziekenhuis gekomen, bleek dat ik suikerziekte had. Ik moest opgenomen worden om mijn suikerspiegel op peil te brengen en ik moest leren insuline spuiten. Dit was dus echt een tegenvaller, maar we wisten nu wel voor 99% waar die miskramen aan lagen. We probeerden vanaf toen een nieuwe start te maken. Na een half jaar ploeteren had ik mijn suikerspiegel in orde en ik kreeg groen licht om weer zwanger te worden. Dit lukte, maar weer volgde een miskraam in januari 2000 met 10 weken zwangerschap. Alweer domme pech. Er volgde een curettage omdat het vruchtje niet vanzelf afstootte, en weer was er verdriet en boosheid. Hoelang wilden we doorgaan met deze teleurstellingen?

Ons Zonnetje Lars

Maar ons geluk volgde na lang wachten, ik was weer zwanger in december 2000. Het was een zwangerschap van continue angst, bang dat het mis zou gaan, ik kon dus niet genieten. Ik was blij dat ik elke twee weken op controle mocht bij de gynaecoloog en dat ik elke keer een echo kreeg. Dat haalde de spanning er weer even af, zo kon ik er weer twee weken tegen, op naar de volgende controle. Met 34 weken zwangerschap kreeg ik weeënactiviteit en veel harde buiken. Ik werd opgenomen in het ziekenhuis en moest elke dag aan de CTG. De CTG's waren niet echt goed, het kindje had soms dipjes en de CTG's waren strak. Dat houdt in dat het kindje het toch niet echt fijn meer heeft in de baarmoeder. Vrijdag 10 augustus kwamen ze mij om 16.30 vertellen dat ze mij gingen klaarmaken voor een spoedkeizersnee, ik mocht Edwin nog even bellen, dat hij heel snel moest komen, hij kwam dus net op tijd. Na 35 zwangerschapsweken werd om 18.11 een gezonde zoon geboren, hij kreeg de naam Lars Hergwin, hij was 2740 gram en 45,5 cm lang. Wel moest hij de couveuse in omdat hij zo jong was. Lars is vernoemd naar zijn beide opa's en naar Nancy's overleden broer ERWIN*. Erwin* heeft in 1991 op 22-jarige leeftijd zelfmoord gepleegd.
Na vier weken ziekenhuis mocht ons zonnestraaltje mee naar huis. Inmiddels is onze Lars ruim twee jaar, een gezonde knul, een ondeugend kereltje, maar vooral een mannetje dat ons opbeurt en echt ons zonnetje in huis is, na het overlijden van ons mannetje Lennart*.

Ons zonnetje Lars, twee jaar

Ons Mannetje Lennart*

Ons Mannetje Lennart*

Na de zwangerschap van Lars leek het me leuk om snel weer een kindje te krijgen, zodat de kinderen veel aan elkaar zouden hebben. In april 2002 was ik weer zwanger. Het was een heel rustige zwangerschap, ik had bijna geen angsten. Ik genoot juist volop van deze zwangerschap en van het kindje in mij. Het was mij natuurlijk al eerder gelukt om een gezond kindje te baren. Ik genoot volop van het drukke bewegende kindje in mij, achteraf denk ik dat Lennart* mij geprobeerd heeft te vertellen van "Mam geniet van mij, want ik blijf niet levend bij je", zo voelt het tenminste achteraf. In december begon ik wat te klungelen met mijn bloeddruk, hij was voor mijn doen te hoog, ik werd daarom ook opgenomen in het ziekenhuis en moest rust houden. Hier hield ik me ook netjes aan, ik kwam maar 3x daags 5 à 10 min. uit bed. Elke dag ging ik aan de CTG en net als bij Lars zagen ze er strak uit, maar er werd niet ingegrepen. Hoe graag ik het ook wilde. De artsen en de kinderartsen waren van mening de periode zolang mogelijk te rekken naar de 37 zwangerschapsweken. Wel lag ik op een kamer met twee meiden waar je lol mee kon hebben, we grapten ook elke dag wie er als eerste naar de verloskamer ging. We hebben een paar weken samen op de kamer gelegen en het leek er op dat ik als eerste ging bevallen. Ik had al een paar dagen weeën gehad, maar ze hielden ook steeds weer op.
Mijn kamergenoot mocht op weekendverlof, ik vroeg ook of ik dat mocht, dat mocht niet omdat de CTG's zo strak waren. Wel vroeg ik waarom het kindje niet gehaald werd, want Lars werd met zulke strakke CTG's met een spoedkeizersnee gehaald. Ze waren het wel met me eens, maar wilden toch nog wat tijd rekken, vanaf die tijd moest ik twee keer daags aan de CTG. Ondertussen werd mijn oma steeds zieker, ze lag al in het ziekenhuis (in een andere plaats dan ik). Ze had in november een hersenbloeding gehad. Ik kon niet meer naar haar toe en dat vond ik vervelend, want sinds mijn geboorte hebben wij (mijn ouders, broers en zussen) naast haar gewoond. Toen ik het huis uitging, zag ik haar minimaal twee keer per week. Donderdagavond 19 december kreeg ik het bericht dat het steeds slechter gaat met ons oma. Vrijdag 20 december volgt het bericht dat ze was overleden en dat ze vanaf zaterdag 21 december naar huis ging, ze werd in haar huis opgebaard. Ik overlegde met de artsen of ik naar haar toe mag om afscheid te nemen, je weet natuurlijk maar nooit of ik bij de begrafenis kon zijn, i.v.m. mijn naderende bevalling. Dit mocht, maar dan moest ik eerst aan de CTG en de bloeddruk moest gemeten worden, was dit goed, dan mocht ik een paar uurtjes in het weekend naar huis. Zaterdag en zondags heb ik afscheid van mijn oma genomen, niet wetende dat ik haar niet meer zou zien. Maandag 23 december ga ik 's avonds om 23.00 uur nog weer even aan de CTG. Ik heb weer harde buiken en weeënactiviteit, je kon het ook aan het schermpje zien, ik had al goede pieken, zou de bevalling dan toch spontaan in gang gaan? Er is namelijk overdag besloten voor een geplande keizersnee en wel op vrijdag 27 december, dus net na de kerst. 's Nachts probeer ik te gaan slapen ondanks de harde buiken, dit lukt ook nog omdat de weeën weer stopten. zou ik dan toch nog naar de begrafenis van ons oma kunnen?

Dinsdagochtend 24 december, ik voel me niet echt lekker, in ieder geval niet lekker genoeg om naar de begrafenis te kunnen, hoe jammer ik het ook vind, maar de gezondheid van mij en het kindje gaan nu voor. Zoals elke ochtend ga ik aan de CTG. Ik grap nog wat met mijn kamergenootjes en de verpleegsters, ze zetten het CTG-apparaat aan en vragen waar het hartje is, ik wijs naar de rechterkant van mijn buik, maar daar vinden ze niets, ze gaan het aan de linkerkant proberen, maar ook daar is geen hartje te horen. Je ziet de paniek bij de zuster en ook ik begin hem te knijpen. Ze haalt er een verpleegkundige bij en ook zij kan geen hartslag vinden, nu vind ik het niet leuk meer en begin te huilen. Er wordt een verloskundige bijgehaald, en ook de dienstdoende gynaecoloog. Ook zij kunnen het hartje niet vinden. Wat er daarna gebeurde, was net een droom, ik werd in een rolstoel gezet en werd naar de echokamer gereden. De arts zet het echoapparaat aan en hij en ik zien het al. Het hartje is gestopt met kloppen. Ik weet nog dat ik begon te schreeuwen en te krijsen, dat ze mijn kind moesten redden, dat ze hem moesten halen, maar dat had al geen zin meer. Hierna werd ik weer wat rustiger en gaf het telefoonnummer van Edwin en mijn vriendin door, zij moesten komen. Toen ze in het ziekenhuis kwamen, kregen ze van de verpleging te horen dat het kindje overleden was.

Vanaf die tijd moesten we van alles regelen, de familie en de vrienden die zich inmiddels aan het klaarmaken waren voor de begrafenis van oma moesten worden gebeld, iedereen schrok natuurlijk erg. De verpleging kwam om dingetjes met ons te regelen, wat we bijv. wilden, voetafdrukjes en handafdrukjes, plukje haar en nog veel meer. We wilden natuurlijk alle tastbare dingetjes van ons kindje hebben, ook gezegd dat we veel foto's van de bevalling en de baby wilden hebben. De gynaecoloog kwam ook langs om te vragen hoe ik wou bevallen, ik zei dat het me verder niets uitmaakte, het moest alleen dezelfde dag geboren worden. Ik wilde nu ook het kindje uit mijn buik zien en aanraken. Er werd bekeken of ik op de natuurlijke manier kon bevallen, maar het bleek dat dat niet zou gaan lukken, omdat ik geen ontsluiting had en de baby was niet ingedaald. Er werd besloten om aan het einde van de dag een keizersnee uit te voeren. Vlak voordat ik naar de operatiekamer ging, hebben we nog een foto van de zwangere buik gemaakt als afsluiting van de zwangerschap.

De laatste keer zwanger van Lennart* op de foto.

Ik was erg nerveus, het was ook spannend, misschien hadden de artsen het wel fout gehad en leefde het kindje nog. Door de zenuwen kon ik me niet ontspannen, waardoor de ruggenprik mis ging, er werd in totaal iets van 4 keer misgeprikt. Uiteindelijk begon de operatie en ons kindje werd levenloos geboren. Het was een jongetje en hij kreeg de naam Lennart* Dinand (de naam Dinand is van mijn overleden oma Dina*). Het kereltje zag er nog zo mooi uit. Hij was 4564 gram en 57 cm lang, alleen leek het wel of hij boos keek. Er werden veel foto's van ons mannetje gemaakt en terwijl ze nog met mij bezig waren in de operatiekamer mochten we Lennart* bij ons houden.

Eerste foto's van Lennart* na de geboorte

Éénmaal op mijn kamer gekomen, kon ik Lennart* voor het eerst zelf vasthouden, een mooi mollig mannetje. Mijn zus bracht mijn oudste zoontje Lars, zodat we als gezin toch nog samen op de foto konden. Nadat we dat gedaan hadden, hebben we onze Lennart* zelf aangekleed samen met de verpleging. Mijn vriendin Natasja heeft hier veel foto's van gemaakt. Ook had zij in huis de kleertjes voor Lennart* uitgezocht en meegenomen naar het ziekenhuis. In het ziekenhuis zorgden ze ervoor dat er voet- en handafdrukjes van gips van Lennart* werden gemaakt, ook werden er polaroidfoto's en voetafdrukjes in inkt gemaakt.

Kerstavond met ons gezinnetje

Handafdrukje van Lennart* in het gips       De voetafdrukjes van Lennart* in gips

Ze dachten zelfs aan een plukje haar, allemaal dingen waar wij in eerste instantie niet aan zouden denken, geweldig van de verpleging. Toen Lennart* aangekleed was, werd hij in een mooi mandje gelegd. Toen werd het tijd om de familie en de vrienden te bellen, om te vertellen dat ik bevallen was van een prachtige zoon en dat ze de volgende dag Lennart* mochten zien als ze dat wilden. Natasja had een bezoekschema gemaakt. Onze ouders zijn dezelfde avond nog geweest. Ook Hans, de echtgenoot van Natasja en mijn oudste zus Ans en zwager Hennie, waar Lars al die dagen verbleef, zijn dezelfde avond geweest om Lennart* te bewonderen. Edwin is die nacht bij me gebleven in het ziekenhuis, dat was wel erg prettig. De volgende dag, eerste Kerstdag, kwamen de familie en de vrienden naar het ziekenhuis. Ze zagen er allemaal erg tegenop, maar ze zijn ook blij Lennart* toen gezien te hebben. Het was fijn om het verdriet samen te delen. De begrafenisondernemer was 's morgens al geweest om de begrafenis met ons te bespreken. Er gaat dan veel langs je heen, daar wil je eigenlijk niet mee bezig zijn. Gelukkig kregen we hier ook weer hulp en steun van Natasja, ook heeft zij voor ons de boeken met bloemstukken geregeld, zodat wij dat ook al konden uitzoeken. De teksten voor de kaartjes en krant zijn ook die dag geregeld. Er was een stapel gedichtjes van internet meegenomen, daar hebben we wat in kunnen vinden. Lennart* mocht al die tijd gewoon bij ons op de kamer staan, maar zelf vonden we het daar te warm, waardoor we hem toch maar aan de verpleging meegaven, zodat hij ook nog mooi was als hij mee ging naar huis. Wel vroegen we elke keer als er visite kwam, aan de verpleging of ze Lennart* wilden brengen. We bleven naar ons mannetje kijken, zo mooi was hij. Zo moest er in een paar dagen tijd veel geregeld worden en in plaats van een kraamtijd, zaten we in een rouwfase.
Vrijdags wilde ik naar huis, dus twee dagen na de keizersnee. Er werd kraamhulp voor thuis geregeld, en ook Lennart* ging mee naar huis. Lennart* werd thuis in zijn wiegje gelegd, omringd met de gekregen knuffeltjes en de kaarten die de kinderen van de vrienden hadden gemaakt. Ook kwamen ze veel bloemen aan huis brengen, bloemen van vrienden, familie en ook van kennissen, het hele kamertje stond vol. Ook was er veel aanloop in huis. De familie en de vrienden mochten te allen tijde komen om Lennart* te zien, ook zij zaten in een rouwfase, dit was het laatste wat ze konden doen. Iedereen heeft dit als erg fijn ervaren.
Ik vond dat we nog één keer een foto moesten maken als gezinnetje samen, want ik stond met Lennart* alleen maar in ziekenhuiskleding op de foto. Ik heb me netjes aangekleed, de haren gedaan, en wat make-up op. Zo zijn we met z'n viertjes nog een laatste keer op de foto gegaan.

De laatste foto met z'n viertjes, als gezin

Dan nadert de dag van de begrafenis, de dag waar je erg tegen op ziet, want je moet je kindje definitief loslaten. Vanaf acht uur 's morgens ben ik bij Lennart* gaan zitten en heb toen ook nog heel veel foto's gemaakt. De avond voor de begrafenis zaten Edwin en ik bij Lennart*, het leek wel of Lennart* niet zo boos meer keek. Eigenlijk keek hij tevreden, net of hij tegen ons wilde zeggen: "Papa, mama het is goed zo, laat me maar los, laat me maar gaan." Dit gaf ons zelf een goed gevoel, hierdoor konden we hem wat makkelijker loslaten. De begrafenis ondernemer kwam. Ik heb Lennart* uit zijn bedje gehaald, in zijn kistje gelegd en ben toen weg gelopen, na hem een laatste zoen te hebben gegeven.

De laatste kus van mama         De laatste kus van papa

Lennart* heeft vanaf zijn geboorte, nadat hij de kleertjes aan had, een knuffeltje (een zonnetje) vastgehouden. Dit knuffeltje heeft hij meegenomen in zijn kistje en in zijn grafje.

Lennarts * knuffeltje voor altijd bij hem

Zelf hadden we een bloemstuk in een vlinder uitgezocht en voor Lars een bloemstukje met een knuffeltje erin.

Bloemenvlinder van papa en mama         Bloemen van Lars met een knuffeltje erin

De begrafenis was in besloten kring, alleen de ouders, de broers en zussen, nichtjes en neefjes, de vrienden met kinderen en goede kennissen. Deze mensen hebben een uitnodiging gehad.

Voorkant van het rouwkaartje van Lennart*

In het rouwkaartje en in de krant stond het volgende gedicht

Tranen van verdriet vullen onze ogen,
we kunnen het nog steeds niet geloven,
lief klein ventje, zo teer,
wat doet dit afscheid nemen zeer.
Wat blijft is de herinnering,
maar zeker weten we één ding:
Jij zal voortleven in ons hart,
op een plekje heel apart.

De dienst van Lennart* was erg mooi. De spreekster van het humanistische verbond had een mooie dienst voorbereid, die in het teken van Lennart* stond. Ze praatte als het ware tegen Lennart*. Ze begon met een gedichtje dat we in de krant namens Lars hadden gezet.

Je ligt zo lief te slapen,
ik kijk naar jou
Raak heel behoedzaam je kleine
handjes even aan
Ik zou je heel veel kusjes willen geven
totdat je oogjes open gaan

kusjes Lars

De vrienden hadden een stukje gemaakt, dat werd voorgelezen door Natasja en Alexandra.
Patrick, mijn neef, las een stukje voor over vriendjes.
Mijn zus Ans las namens de familie een gedicht voor, dit gedicht heeft mijn zus Heidy geschreven.

Als muziek hadden we het volgende uitgekozen:

  • Eerste nummer bij binnenkomst was van Volumia; Nog één keer.
  • Tweede nummer was van Frans Bauer; Ik heb vannacht in mijn dromen een Engel gezien.
  • Het laatste nummer, bij het naar buiten gaan, was ook van Volumia; Afscheid.
Lennart* werd door Hans en Hennie naar zijn laatste plekje gedragen.
Op de begraafplaats lazen nog twee nichtjes Sharon en Samantha, namens de neefjes en nichtjes dit gedichtje voor:

Lieve Lennart*

Hoe is het daarboven bij de Engeltjes
Kijk je ook wel eens naar ons, de Bengeltjes
Is daar ook iemand die je kent
En word je daar dan lekker door verwend
Zijn er ook nog oudere Engeltjes die op jullie passen
Om samen met jullie je vleugeltjes te wassen
Zodat het hier regent op aarde
Zo krijgt een regendag voor ons veel meer waarde

Dag lieve Lennart*
Kusjes van je neefjes en nichtjes.

Een heel toepasselijk gedicht, want toen Lennart* begraven werd regende het behoorlijk. Opa*, Oma* en Erwin* waren zich vast en zeker toen aan het wassen. De begrafenis is door Martin, de broer van Edwin, opgenomen op de videocamera, zodat we dit weer kunnen kijken.

Alle bloemstukjes en knuffels op het grafje.

Na de begrafenis komt de tijd dat je door moet, door moet met de alledaagse dingen, ook natuurlijk voor Lars die nog zo jong is. We kregen erg veel kaarten van bekende maar ook van onbekende mensen, dat deed ons erg goed. Wij hebben nog kaarten gemaakt voor de mensen die wij kenden. In plaats van een geboortekaartje hebben we een herdenkingskaartje gemaakt voor onze Lennart*, waar zijn naam, zijn geboorte- en sterfdatum, gewicht en lengte opstonden. Ook stonden er gedichtjes op.

Voorkant kaartje                             Binnenkant kaartje

In juli kregen we de uitslagen, de autopsie-uitslagen van Lennart*. Lennart* is overleden aan een bacteriële infectie, dit komt maar heel weinig voor. De kans dat je dit krijgt is 1 op de zoveel duizend. Nu bijna een jaar later proberen we de draad van het dagelijkse leven weer op te pakken, maar het gemis om ons mannetje blijft. Inmiddels ben ik zwanger van ons derde kindje, ik hoop eind januari d.m.v. een keizersnee te bevallen van een gezond kindje. Toch denken we nog dagelijks aan onze Lennart*. We proberen altijd iets bijzonders voor hem te kopen. Voor bijv. op zijn grafje. Ook hebben we op de babykamer een herdenkingskistje staan, deze blijft daar ook staan. Hier zitten de knuffeltjes en linten van de begrafenis in, de foto- en plakboeken, ook het dekbedovertrekje, de voetbalschoentjes die in de bloemen van de voetbal zaten en nog veel meer. De beren van de little friends en de beren van de neefjes en nichtjes, de knuffel van Lars en die van ons staan bovenop het kistje. De lieveheersbeestjes, kwamen uit het bloemstuk van mijn ouders.

Herdenkingskistje van Lennart*

Thuis hebben we ook een plekje voor hem gecreërd. We hebben een heel mooi beeld gekocht: twee ouders met een kindje op de arm. Hierbij staat een foto van Lennart, een lantaarntje (waarin elke avond een kaarsje brandt voor ons engeltje, maar ook voor alle andere Engeltjes), een vaasje met bloemen en twee kleine engeltjes staan op de schoorsteen. Op internet heb ik een mooi toepasselijk gedicht gevonden.

Lennarts* plekje thuis

Lieve Lennart*

Jij hebt mij nooit aangekeken,
en toch ken ik jouw blik,
ik zie het in haar ogen en de zijne,
of in mijn ogen, want jij dat ben ik.

Ik heb jou nooit zien of horen lachen,
maar toch klinkt jouw lach in mijn oren,
ik sluit mijn ogen en doe mijn best,
om jou te zien en te horen.

Ik heb jou nooit horen huilen,
en ook troosten kon ik je niet,
maar jij huilt met mij,
wanneer ik overloop van verdriet.

Jij hebt mij nooit geknuffeld,
en ik heb jouw armpjes nooit om me heen gevoeld,
en toch voel ik jouw warme armpjes,
en hoe je zachtjes door mijn haren kroelt.

Jij hebt mij nooit 'Mama' genoemd,
ik heb jouw stem nooit gehoord,
toch hoor ik je elke dag,
en is het jouw stem die mijn hoofd doorboort.

Ik heb jou nooit zien lopen,
toch hoor ik jouw voetstapjes op de vloer,
kleine, lieve en voorzichtige stapjes,
en toch zo krachtig en zo stoer.

Maar er komt een dag dat jij mij in mijn ogen kijkt,
en dat je tevreden naar mij lacht,
dan zal mijn hart zich vullen met geluk en vreugde,
want daar heb ik zolang op gewacht.

Je zal dan naar mij toe rennen,
en je armen om me heen slaan,
samen huilen we van geluk,
en dan laat ik je nooit meer gaan.

Dan kan ik je geven wat ik altijd al wilde,
en zal je zeggen wat ik altijd al wist,
"Mama, ik hou van jou,
en ik heb je zo gemist!"

~xxx~papa, mama en Lars.

Lennart*

We krijgen nog een nieuw steentje op het grafje, omdat dit niet het beertje is dat we hadden uitgezocht. We gaan wekelijks naar het grafje van Lennart*, we maken zijn plekje dan schoon en branden een kaarsje voor hem. Ook zegt Lars dan altijd: "Dag Lennart*" en geeft een handkus. Alle andere kindjes, engeltjes, krijgen ook een handkus. Lennart* is niet in onze woonplaats begraven, maar in een andere plaats. Dit hebben we zo besloten, omdat mijn broer Erwin* daar begraven ligt en ook mijn opa en oma, Jan* en Dina*. Dit vonden we zelf wel een fijne gedachte, zo konden zij op ons mannetje passen, met hem spelen en hem verzorgen. In gedachten zagen we oma achter de kinderwagen lopen en Erwin* zou met Lennart* gaan ravotten. Lennart* is in goede handen bij hun, zij mogen nu genieten van hem.

Lennarts* grafje

Het is bijna Lennarts* eerste Engeltjesdag. We hebben een mooi bloemstuk voor Lennart* besteld. Crèmekleurige rozen in de vorm van een beer, met op de buik een hart van rode rozen. De beer houdt drie gekleurde ballonnen vast. Daarbij heb ik een kaart voor Lennart* gemaakt, met een gedicht erin. We laten Lars bellenblazen bij het grafje. Het bellenblazen heeft als teken dat je heel veel groetjes en kusjes naar de hemel stuurt.

Bij deze willen we de mensen bedanken die ons zo goed hebben opgevangen, en die met ons mee hebben geleefd na het overlijden van ons mannetje. De vrienden, en de familie en ook de kennissen en de mensen om ons heen bedankt voor het luisterend oor, de aandacht, de steun en medeleven die wij van jullie mochten ontvangen. Ook willen we de verpleging en artsen van het SMT te Hengelo bedanken, zij hebben er voor gezorgd dat we de dagen na Lennarts* overlijden erg goed zijn opgevangen, we kregen steun en troost.
Mede hierdoor hebben we goed afscheid kunnen nemen van ons mannetje Lennart*.