MadeliefjeMadeliefjeMadeliefje

Benthe van Osch

* 19 januari 2000 - 9 juli 2002 †

Johan en Karin

Ons lieve dochtertje en zusje BENTHE

Benthe als baby

Dit verhaal gaat over ons lieve dochtertje en zusje BENTHE, die op 19 januari 2000 in ons leven kwam en er op 9 juli 2002 heel plotseling uit weggerukt werd.
Wij zijn Johan ('69) en Karin ('70) van Osch. Onze oudste zoon Bjorn werd in 1997 geboren.
In 1998 werd ons tweede zoontje Timo* na een zwangerschap van 21 weken dood geboren. Dit was een zware klap, maar na een flinke tijd had hij een plekje in ons gezin gekregen en dit plekje zal hij ook altijd houden: hij is en blijft ons tweede zoontje.
Op 19 januari kwam na een zware bevalling (zowel voor moeder als dochter) ons Benthe in ons leven. Ze woog 4400 gram en was dus een stevige dame. Ze moest 5 dagen in het ziekenhuis blijven omdat ze zelf haar bloedsuiker niet goed op peil kon houden, maar toen ze eindelijk mee naar huis mocht, konden we van haar gaan genieten. In tegenstelling tot Bjorn, die de eerste maanden van zijn leventje veel en hard gehuild heeft, was Benthe een voorbeeldige baby: Ze huilde "nooit" en was heel tevreden en lief.

Benthe op het strand in Spanje

Toen ze 8 maanden oud was, ging ze voor het eerst mee naar Spanje op vakantie. Het ging geweldig met haar. Ze zat lekker tevreden op een speelkleed met wat speelgoed om haar heen en ze genoot, net als wij, van zon, zee en strand. Dat ze nog steeds borstvoeding kreeg, was erg makkelijk. Ze kreeg tot haar eerste verjaardag borstvoeding. Zo flink als ze bij haar geboorte was, zo fijntjes was ze als peuter. Op haar eerste verjaardag had ze nog maar weinig haar, een paar blonde rechte sprietjes. Benthe had echt twee gezichten: als ze ergens vreemd was, was ze heel stilletjes. Niet echt verlegen: als je een handje vroeg dan gaf ze dat braaf, en vroeg je hoe ze heette, dan gaf ze wel zachtjes antwoord, maar bleef ze heel bedeesd. Maar oh wee, als ze zich ergens thuisvoelde, dan zag je een hele andere Benthe. Dan had ze het hoogste woord en wist precies wat ze wilde. (En wat niet!) Toen ze ruim anderhalf was, ging ze voor de tweede keer mee naar Spanje. Inmiddels zat ze op puppy-zwemmen en genoot ze volop in het water. Met haar bandjes aan, ging ze dan lekker liggen drijven op haar rug met haar oortjes in het water. 's Avonds gingen we nog wel eens wandelen en dan zat Bjorn in de buggy en Benthe liep er langs, die wilde altijd zelf lopen. Op haar tweede verjaardag was ze al een flink dametje. Haar haar was wat aangegroeid en bijna wit geworden. Ze had altijd een staartje(pluimpje) bovenop haar hoofd. Ze kon al snel fietsen met zijwieltjes en wilde ook altijd meespelen met Bjorn en zijn vriendjes.

Benthe bij mama op de rug

In juni gingen we met mijn familie een weekendje weg en gingen o.a. naar Ouwehands dierenpark waar we een paar leuke gezinsfoto's lieten maken, die ons nu heel dierbaar zijn geworden. Op 25 juni behaalde ons meisje haar puppy-diploma, waar zijzelf en wij ook, trots op waren. 's Middags moesten ze een prikje halen tegen meningokokken-C. Bjorn schreeuwde moord en brand, maar zoals altijd onderging ons meisje het heel gelaten. "Maakt niks uit", zei ze. Dit was een vaste uitspraak van haar. Al stootte ze zich nog zo hard: "maakt niks uit" zei ze dan.
Op 29 juni gingen we met de familie naar de Koningin Julianatoren in Apeldoorn. Ze wilde overal mee in en ging zelfs in een attractie die meerdere keren over de kop ging. Toen ze eruit kwam, zagen we dat het eigenlijk vanaf 7 jaar was, maar zoals altijd vond ze het prachtig.
Op 4 juli gingen we een kijkje nemen op de cràche, waar ze na de grote vakantie samen met haar liefste vriendinnetje en nichtje Sanne naar toe zou mogen. Ze vond het er leuk en ging meteen aan het spelen. Zeker weten dat ze het daar na de vakantie wel gesteld zou hebben, in tegenstelling tot Bjorn, die de eerste weken op de cràche alleen maar gehuild heeft.

Reportage met Bjorn laten maken; helaas werd dit de foto voor het bidprentje

Op vrijdag 5 juli kreeg Bjorn om 12.00 uur vakantie en gingen we hem uit school halen. Omdat zijn juffen afscheid namen, gingen we naar binnen. Ons Benthe voelde zich daar helemaal thuis, als ze de klas binnenkwam, deed ze altijd haar jasje uit en ging op een stoeltje zitten.
Toen we van school af kwamen, fietsten we naar mijn ouders (alleen mijn moeder was thuis, mijn vader werkt overdag). Mijn moeder paste die middag op, zodat wij nog even konden inpakken en wat slapen, voor de reis naar Spanje die nacht. Op de fiets zong ik, eigenlijk voor Bjorn: "Vakantie, vakantie", maar tot mijn verbazing viel Benthe in: "Klinkt door heel het land." Mijn moeder ging 's middags nog even bij de moeder van Johan op de koffie, zodat die de kinderen ook nog even gezien had voor de vakantie. Bjorn kreeg van oma (Nel) een zak drop mee, en Benthe een zakje hartjes. Ze heeft er helaas zelf geen van op...
's Avonds om 18.00 uur haalden we de kinderen op bij mijn ouders. We namen afscheid van opa en oma, vooral opa kuste ze heel lang, alsof ze hem nooit meer zou zien. Helaas bleek dit waar...
De reis ging goed. De kinderen waren allebei veel wakker, ons Benthe nog het meest, ze wilde altijd alles bijhouden. Toen we op de parkeerplaats van de camping waren aangekomen, hebben we met z'n drieën een applausje voor Johan gedaan. Dit doen we altijd, omdat hij ons weer veilig op de plaats van bestemming heeft gebracht. We gingen in de caravan van een oom van Johan. Maar eerst moest de voortent worden opgezet. Dat valt niet mee als dat toch al niet je hobby is en als er dan ook nog twee kinderen zitten te "klieren". Gelukkig kregen we al snel hulp van onze Belgische achterburen, die later een grote steun voor ons zouden zijn.
Toen de voortent stond, wilden de kinderen gaan zwemmen. Het was flink bewolkt, dus vrij fris, maar ja. Maar snel afgedroogd toen ze er uit kwamen. Hierna gingen we een Hollands restaurant opzoeken wat we nog kenden van eerdere vakanties (wij gaan al vele jaren naar Spanje op vakantie).

De kinderen waren erg vervelend en wij zelf doodmoe na een nachtelijke reis, dus heb ik de kinderen om 18.30 uur naar bed gebracht. Benthe sliep thuis nog in een ledikantje, maar nu mocht ze bij Bjorn in bed. Een bed waar ze ook nog eens zelf uit kon, dus dat was niet zo'n succes. Zodra ik ze erin had liggen, stond mevrouw alweer achter me. Uiteindelijk ben ik zelf ook maar om 19.30 uur naar bed gegaan, dan sliepen ze tenminste.
Inmiddels hadden we telefoon gekregen van de zus van Johan. We zouden samen met hun gezin op vakantie gaan, maar hun auto ging in Frankrijk kapot en zij zouden uiteindelijk pas op maandag aankomen.

De tweede dag begon onze vakantie eigenlijk pas echt. We gingen lekker naar het strand. De derde dag begon wat bewolkt. Wij zaten lekker voor de caravan en de kinderen waren met een schepnetje vlinders aan het vangen samen met ons (Nederlandse) buurjongetje. Benthe deelde koekjes uit aan de kindjes. Ik dacht nog bij mezelf: wat hebben we het toch goed zo. Dat het nog geen 24 uur later helemaal anders was, dat konden we niet bedenken!
's Middags trokken de wolken weg en gingen we lekker naar het zwembad. De kinderen vermaakten zich prima. Benthe was lekker aan het kliederen met water, onze voeten nat gieten en zgn. koffie voor ons zetten met haar serviesje. Om 17.00 uur hing ze nog te zwieren aan het klimrek. Rond 17.30 uur gingen we terug naar de caravan. We verwachtten mijn schoonzus en haar gezin ieder moment.
Benthe werd ineens wat jengelig, iets wat eigenlijk nooit voorkwam. Als ze vroeg naar bed werd gebracht (thuis lag ze er altijd om 19.00 uur in) sliep ze, hielden we haar langer op, dan bleef ze zonder lastig te worden op.
Kreeg ze op uur en tijd eten, dan was het goed, werd het eens heel wat later, ook goed, dan wachtte ze wel.
Maar nu huilde ze dus wel. Ik heb haar eten gegeven, wat ze goed op at en heb haar daarna in bad gedaan. Tijdens het badderen, zat ze constant te huilen en zei ze :"Ik ben moe.". Er kwam nog een mevrouw vragen wat ze toch mankeerde. Ik zei dat ik dacht dat ze misschien een zonnesteek had opgelopen. We hadden haar de hele dag wel ingesmeerd met zonnebrandcràme, maar de zon had wel de hele dag op dat blonde koppie met die dunne, witte haartjes geschenen. We hadden wel een zonnehoedje bij ons, voor haar, maar dat lag nog in de caravan. We zeiden nog tegen elkaar dat we haar dat de volgende dag op moesten zetten.
Ik smeerde haar lekker in met after sun en heb haar toen over mijn schouder gelegd, waar ze al snel lekker haar duimpje pakte. Dit deed ze altijd. Als ik zei dat ze ging slapen, legde ze haar hoofdje lekker op onze schouder, pakte haar duimpje en was dan al bijna vertrokken, voordat ze boven was.

Ze sliep dus al bijna toen ik bij de caravan aankwam. Ik zei tegen Johan dat ik toch even bij haar ging liggen, want mijn schoonzus Angelie en haar gezin konden nu elk moment komen en als ze die zou horen, zou ze meteen weer uit-wakker zijn. Toen we net lagen, hoorde ik hen aankomen, maar ik bleef voor de zekerheid toch maar even liggen tot ze goed sliep. Ik zei tegen Angelie en de rest dat ik haar toch maar alvast op bed gelegd had, omdat ze zo moe was.

Ik nam Bjorn en hun jongste zoon Remi mee naar de speeltuin, zodat zij intussen hun voortent op konden zetten. Toen we terug kwamen, zei Johan dat hij ons Benthe er even uit had gehaald, omdat ze lag te huilen. Ik vroeg wat er dan was, maar het was niks bijzonders dacht hij. Toen ik even later toch nog even ging kijken, had ze een heel klein beetje overgegeven. Ik wilde haar even opzij leggen, om het een beetje op te poetsen (Ik zou de volgende dag haar bed wel even verschonen) toen ik voelde dat ze het heel heet had. Johan had haar onder een opengeritste slaapzak gelegd en ze had ook haar pyjama aan, dus ik dacht dat dit gewoon wat te warm was. Ik wilde haar pyjama uitdoen, om haar gewoon in haar rompertje te laten slapen. Maar toen voelde ik dat ze het toch wel erg heet had. Ik heb haar er uit gehaald en heb haar aan Johan gegeven en ondertussen haar getempt. De thermometer vloog omhoog in no time. 37-38-39-40-41- Toen heb ik hem eruit gehaald. Waarschijnlijk zou hij anders nog wel hoger opgelopen zijn, maar ik vond dit hoog genoeg om naar een dokter te gaan. Gelukkig vond mijn schoonzus dit ook, want Johan denkt meestal dat het wel meevalt. We zetten haar in de buggy en liepen naar de portier van de camping om te vragen waar we naar toe konden. Benthe keek heel raar uit haar ogen: haar hoofd stond naar beneden gericht, maar haar ogen keken helemaal schuin omhoog. Ik dacht dat ze misschien een koortsstuip had gehad. Ik dacht bij mezelf :"het is net of ze helemaal zwakzinnig is geworden". Zo keek ze, maar ik durfde het niet hardop uit te spreken tegen Johan. De portier wees ons de weg naar een soort E.H.B.O. Voordat we daar naar binnen gingen, gaf ze behoorlijk over. Toen we binnenkwamen, moesten we eerst allerlei papieren invullen en een handtekening zetten dat we toch zeker wel zouden betalen, voordat ze ook maar een vinger uitstaken naar ons meisje. Ik zei tegen Johan dat ze ons eerst maar moesten helpen. Je voelt je heel machteloos met zo'n ziek kind op je arm als ze niet meteen iets doen.

Toen we binnen waren, onderzochten ze haar dus wel. De (vrouwelijke) dokter zei dat we haar 's nachts om de twee uur een paracetamol zetpil en een drankje, dat we zelf bij de apotheek moesten halen, moesten geven. Dan zou de koorts wel zakken. Ik heb nog 3x gevraagd (en me ervoor verontschuldigd dat ik het wel 3x vroeg) dat ze toch zo raar keek, maar dat kwam door de hoge koorts, zeiden ze. Als de koorts zou zakken, zou dat vanzelf weer over gaan.
Op de terugweg in de auto viel ze alweer in slaap. Het was inmiddels 23.00 uur, dus zo vreemd was dat niet. Terug bij de caravan wilde Johan haar op haar beentjes zetten, maar ze klampte zich meteen heel krampachtig aan hem vast. Ik zei dat hij haar maar gauw in bed moest leggen. 's Nachts ging ik bij Benthe liggen en Johan bij Bjorn, zodat hij tenminste nog zou kunnen slapen. Daar kwam echter niks van uit, want 's nachts had ze nog veel braakneigingen, al kwam er bijna niets uit. Ook had ze een paar keer flink diarree. Haar het drankje nam ze keurig in. Er zat een spuitje bij om het mee te geven en dat zoog ze keurig leeg. Ik gaf er met het spuitje ook nog wat water achteraan, want ik weet goed dat kinderen snel uitdrogen. Dat heb ik die nacht ook verschillende keren gecontroleerd door even een huidplooi op te pakken. Om 3.00 uur moest ik zelf ook even naar de w.c. Ik zei tegen Johan dat hij haar even in de gaten moest houden, omdat ik even weg was. Op het toilet hing een briefje dat er elke dag doktersspreekuur was op de camping en ik nam me voor om daar 's morgens toch nog even met haar naar toe te gaan.

Toen ik terugkwam zei Johan dat ze weer overgegeven had en dat ze naar Bjorn en Olaf (neefje van ons) had gevraagd. Even later vroeg ze aan mij ook nog of ze even naar papa en Bjorn mocht kijken, maar ik zei dat we dat morgenvroeg wel zouden doen. Telkens als ik weer een vieze broek verschoonde dacht ik dat het voor haar toch eigenlijk wel makkelijk was dat ze gewoon doorsliep. Achteraf is ze gewoon stilletjes in coma geraakt, maar daar denk je toch niet aan!
Het viel me wel op dat haar luier in een nacht tijd al een stuk verder dicht kon, dat zie je echt snel, dat ze afvallen.
Al met al hebben we dus weinig geslapen, maar tussen 5.15 uur en 7.00 uur moet ik toch even geslapen hebben en toen ik wakker werd, zat ze ineens helemaal vol vlekjes! Ik dacht nog: Wat is dit nou? Maar wat er aan de hand was, kwam niet in me op. Ik heb meteen Johan en Angelie wakker gemaakt. Angelie pakte een glas en rolde dat over de vlekjes heen. Toen de vlekjes niet weg te drukken waren met het glas, wist ze dat het niet goed was. Ik heb snel even tegen een boom mijn tanden gepoetst en heb haar uit bed gehaald. Toen we bij de auto stonden, kwamen onze Belgische achterburen eraan en vroegen of ze soms een ambulance moesten bellen. Ineens zei ik: "Kan me niet schelen wat we doen, maar het moet wel snel, anders heb ik haar zo meteen dood in mijn handen. We sprongen in de auto en Johan reed (te) hard naar de uitgang van de camping. Daar waren al wat mannen van de camping aan het vegen. Wij kwamen aan getoeterd om de aandacht te trekken. Ik schreeuwde:"AMBULANCE-AMBULANCE!!!!!!!

Ze wilden ons weer de weg uit gaan leggen naar de E.H.B.O.-post van de avond daarvoor maar ik schreeuwde:"Nee, big hospital g.v.d.(pardon)". Er werd over en weer wat geschreeuwd. Eerst zou er een ambulance komen, toen weer niet. Ik begon te twijfelen of ze nog wel adem haalde. Ik stapte uit en legde haar op de grond. Ze ademde inderdaad niet meer en ik begon met reanimeren. Op dat moment kwam mijn schoonzus aanrennen. Zij begon te gillen:"nee,nee,nee!!!". Er sprongen twee mannen in hun auto en wij reden er achteraan. Onderweg heb ik haar steeds proberen te reanimeren. Ik zei tegen Johan dat we haar kwijt gingen raken, maar Johan zei: "Volhouden". Hij had het tegen ons Benthe en mij allebei. Op een gegeven moment tilde hij haar beentje op en dit viel, toen hij het los liet, zo weer slap naar beneden. Benthe slikte een keer en Johan zei: Nou deed ze iets. Maar ik zei dat het een stuiptrekking was. Achteraf was dit haar laatste ademhaling...

Bij het ziekenhuis stonden ze ons al op te wachten en werd ons meisje uit mijn armen getrokken. We moesten achter een klapdeur blijven wachten. Je kunt je niet voorstellen wat er op zo'n moment allemaal door je heen gaat: aan de ene kant weet je goed dat het helemaal fout is, en aan de andere kant denk je dat ze zo naar buiten zullen komen en dat ze zullen zeggen dat ze haar aan allerlei slangen en toestanden hebben gelegd, maar dat ze er wel bovenop komt. Na een paar minuten kwamen er twee dokters/verplegers(?) naar ons toe en begonnen er omheen te draaien door allerlei vragen te stellen. Wanneer ze koorts had gekregen, wanneer ze die vlekjes had gekregen, enz. Even later kwam er een vrouwelijke dokter bij en moesten we mee een kamertje in. Ze zei dat ons meisje helaas overleden was.

BAM!!! In 1 klap ligt heel je leven op zijn gat. 100.000 dingen schieten door je hoofd. En toch bleven we heel rustig. We hebben niks gezegd, alleen daar maar wat gestaan met onze armen om elkaar heen. Hoe is het toch mogelijk??? We mochten toen naar haar toe, ze lag op een groot bed op een wit laken. We kregen meteen te horen dat we haar niet meer op haar mond mochten kussen, terwijl ik haar 5 minuten geleden nog mond op mond-beademing had gegeven. Het ging er in Spanje allemaal veel anders aan toe dan hier in Nederland. Ik kreeg bv. al meteen een kalmeringsmiddel onder mijn neus. Wat ik overigens weigerde. Maar Johan was net zo goed zijn dochter verloren, maar die werd maar geacht om sterk te zijn.
We zijn zo nog ongeveer een kwartiertje blijven staan en toen is Johan onze Bjorn en Angelie gaan halen op de camping. Terwijl Johan weg was, zeiden ze tegen mij dat Bjorn haar zo niet mocht zien, maar ik heb heel fel gezegd dat hij dat wel mocht. Dat we het al met onze Timo meegemaakt hadden en dat we hem daar ook overal bij betrokken hebben.
Johan bleef voor mijn gevoel heel lang weg en ik viel bijna flauw. Natuurlijk van alle emoties, maar ik had ook nog niets gegeten, en dat kan ik 's morgens niet missen. Ik kreeg wel een glaasje water, maar meer zouden we ook niet krijgen, hoewel we tot ongeveer 15.00 uur in het ziekenhuis zouden blijven. Ik wilde Johan bellen dat hij snel terug moest komen, maar ik kon niet meer op zijn 06- nummer komen, van alle emoties.

Even later kwamen Johan, Bjorn en Angelie binnen. Bjorn was heel nuchter en mijn schoonzus heel emotioneel. Ikzelf was net een zombie. Ik heb die eerste dagen nauwelijks gehuild, was helemaal lamgeslagen. Na nog een minuut of tien bij Benthe gebleven te zijn, werden we naar een kamertje gebracht waar we de familie konden bellen. Vooral mijn vader, die ik zelf gebeld heb, begon heel hard te huilen en te schreeuwen toen ik het hem vertelde. Het ging me echt door merg en been. Ook mijn jongste zus, die Johan belde, gilde het uit. Echt afschuwelijk.

Hierna kwam een Spaanse begrafenisondernemer die ALLEEN maar Spaans sprak. Heel lastig dus, want we moesten twee handtekeningen zetten, maar Johan had inmiddels Interpolis gebeld en die zeiden dat we in ieder geval GEEN handtekeningen mochten zetten. Maar van de begrafenisondernemer begrepen we (met handen en voeten) dat ze dan niet naar Nederland vervoerd kon worden. We belden nog wat meer mensen en uiteindelijk mochten we nog vijf minuutjes naar ons meisje toe. Ze lag in een "mortuarium", waar een bewaker in uniform voor de deur de wacht hield. Het was gewoon een hok, met een stenen vloer, heel koud en kil. Hierna hebben we haar in Spanje helemaal niet meer mogen zien, hoewel we pas 3 dagen later naar huis konden. Wij waren nl. met de auto op vakantie en wij wilden per se met haar in hetzelfde vliegtuig terug. Achteraf vragen we ons af, waarom we daar toen niet bij stilstonden dat we haar niet meer mochten zien. Maar op dat moment overkomt het je en laat je het allemaal over je heen komen. Mijn ouders en jongste zus zeiden toen we hen 's middags terug belden dat ze diezelfde avond al met het vliegtuig naar ons toe konden komen, maar wij hebben gezegd dat ze dit niet moesten doen. Ze konden niets komen doen en we hadden daar Angelie en haar gezin. Angelie werd vanaf toen echt mijn steun en toeverlaat.

We hebben en werden ontzettend veel gebeld in die dagen dat wij daar nog zaten. We zijn zelfs nog een paar dagen naar het strand geweest! We konden toch niets doen en of je nu voor je caravan zit te piekeren, of op het strand, dat maakt dan ook niet uit. En voor Bjorn en de 3 kinderen van Angelie en Wim (mijn zwager) ging het toch weer "gewoon" door. Zo pikte Bjorn al meteen toen we terugkwamen van het ziekenhuis een stoeltje in, waar ze de eerste dagen om hadden gevochten, met de mededeling :"Die pak ik nu maar, want Benthe is toch dood."

Uiteindelijk konden we dus vrijdagavond 12 juli terug naar huis. We hebben in het vliegtuig gevraagd of ze er toch wel echt in zat. Vanaf Schiphol is ze eerst naar de begrafenisondernemer vervoerd. Een heel prettig echtpaar was dat, die de begrafenis regelde. Ze hebben naderhand ook nog regelmatig geïnformeerd hoe het met ons ging.

Thuisgekomen was de hele familie bij ons. Een heel emotioneel weerzien natuurlijk. Bjorn brak de spanning een beetje door te vertellen dat hij in de cockpit had mogen kijken. Er was al heel veel post binnengekomen.

Ik moet zeggen dat ik die nacht, vreemd genoeg, goed geslapen heb. De volgende ochtend stond om 8.00 uur de begrafenisondernemer op de stoep. Op hetzelfde moment deed de buurman de deur open voor de kraamhulp. Zij hadden een zoon gekregen! Mijn buurvrouw heeft echt geen fijn kraambed gehad en werd nog heel lang emotioneel als ze mij zag. De uitvaartondernemer Dhr. Bijnen kwam Benthe's kleertjes halen die ze aan moest en ik heb hem een foto van haar meegegeven, zodat ze konden zien hoe haar haren moesten zitten. Ze had nl. altijd een staartje bovenop haar hoofd. Om 11.00 uur kwamen ze haar thuisbrengen. Ik schrok er echt van! We hadden haar dus 3 dagen niet gezien en haar mooie gave gezichtje zat nu helemaal vol vlekken en opgedroogde schilfers.
Ons Benthe was echt een mooi meisje (al zeg ik het zelf) maar je moest nu echt even blijven kijken om dat beeld weer terug te kunnen halen. Mijn ouders waren er ook en zij zagen hun meisje dus ook voor het eerst. Mijn vader had ze zo lang gekust voordat we naar Spanje gingen alsof ze hem nooit meer terug zou zien en dit bleek helaas nog waar ook. Die dag was het heel druk en hectisch. Er kwamen heel veel mensen, maar er moest ook zoveel geregeld worden. De kaart moest worden uitgezocht en opgesteld. Er kwam een hele mooie tekst op:

vandaag is het geluk je deel
en morgen vallen klappen,
want er gebeurt zoveel, zoveel,
waar wij geen bal van snappen.

Het drukt zo precies ons gevoel uit, want zelfs nu, een jaar later, snappen wij er nog steeds geen bal van dat je leven ineens zo dramatisch kan veranderen.

De kaart moest dus worden uitgezocht, er moesten adressen worden gezocht en bepaald worden wie er een kaart moest krijgen. De pastoor kwam om de H. Mis door te spreken. Gelukkig had mijn jongste zus, toen wij nog in Spanje zaten, al boekjes geleend bij de bieb en die boekjes allemaal al doorgelezen voor ons en opgeschreven op welke blz. er evt. iets zou staan wat ons aan zou kunnen spreken, dus daar hoefden we alleen maar uit te kiezen. In Spanje had ik al een aantal liedjes in mijn hoofd, die ik wilde laten horen.

Benthe lag dus in haar eigen bedje en Bjorn nam steeds iedereen mee naar boven om naar haar te laten kijken. Hij had al een aantal knuffels bij haar neergelegd en er kwamen ook tekeningen bij te liggen van Olaf en Sanne (haar liefste vriendinnetje), de kinderen van mijn oudste zus. Mijn twee zussen zouden de enveloppen schrijven, maar door het bezoek lukte dat niet, want ze werden steeds gestoord.
's Avonds kwam onze hele vriendengroep tegelijk. Dat hadden wij zelf gevraagd, want als ze allemaal om de beurt zouden komen, zouden we helemaal tijd te kort gekomen zijn voor de begrafenis. Ik vond het heel fijn om haar thuis te hebben, zo konden we zo vaak naar boven lopen als we wilden.

De volgende morgen durfde ik niet alleen bij haar te gaan kijken. Ik was bang dat er bv. iets uit haar neus of mond gelopen was. Johan is even meegelopen en er was gelukkig niets veranderd Ze was in Spanje gebalsemd. Dat doen ze daar altijd als iemand niet op dezelfde dag al begraven kan worden. Door dat balsemen, waarvan wij helemaal niet wisten wat het eigenlijk was, hoefde ze niet gekoeld te liggen.
Zondag kwam de bloemiste aan huis (dat gebeurt nog in een dorp) en weer heel veel bezoek. Het was eigenlijk te gek, zo druk als het was in die dagen voor de begrafenis. Toch waren we heel blij met zoveel steun en we zijn nog veel dankbaarder dat we dit ook na een jaar nog steeds krijgen!!!
Inmiddels waren we eruit, welke liedjes en teksten we in het boekje wilden hebben en mijn twee zussen zijn er tot 's nachts 01.00 u. aan bezig geweest om ze maandagochtend te kunnen laten drukken.

Maandagochtend hebben we nog gipsafdrukken van haar voetjes laten maken. 's Avonds om 18.00 u. werd ze hier thuis opgehaald en daarom wilden we vanaf 16.30 u. met z'n drietjes nog bij haar zitten.

Eén van mijn lotgenoten zei eens dat ze na het verlies van haar kind een goede psycholoog zou zijn geweest. Dat was (EN IS!) bij mij precies hetzelfde. Het leek alsof ik een buitenstaander was en de ander het allemaal overkwam. Ik voelde me zo gevoelloos, raar, leeg. Toen ze haar kwamen ophalen, hebben Johan en ik haar samen van de trap gedragen. Door de balsem was ze zo stijf als een plank. Beneden hebben we haar pas in de kist gelegd. Dat zag er veel killer uit dan in haar eigen bedje. Bjorn mocht mee helpen haar in de wagen te schuiven. Na een half uurtje zijn we naar het mortuarium gegaan om te kijken of door het vervoer haar haartjes nog wel mooi zaten, voordat andere mensen afscheid van haar kwamen nemen. (buurtbewoners, mijn collega's, kennissen, etc.)

In de kist paste haar babypop, die ze vasthield, er maar amper bij. Ze was nl. gek op poppen. Nadat iedereen was gaan kijken, zijn we er zelf weer heengegaan en hebben nog een heleboel foto's gemaakt. Het was één grote bloemenzee: 36 bloemstukken! De kinderen speelden buiten verstoppertje en beseften amper wat er binnen gaande was.

De volgende dag was de dag van de begrafenis. We bléven haar maar kusjes geven Nóg eentje; nóg eentje... Uiteindelijk was het allerlaatste kusje van papa. We knipten nog een flinke lok van haar mooie blonde (bijna witte) staartje af en toen moest de kist ECHT dicht. Achteraf vind ik het wel jammer dat we Bjorn daar niet wat meer bij betrokken hebben, maar wij hadden genoeg aan onszelf en hij was weer druk met z'n neefjes verstoppertje aan het spelen buiten.

Mijn vader, mijn jongste zus, Angelie en haar oudste zoon Kevin droegen ons meisje de kerk binnen onder de muziek van Marco Borsato: ‘Waarom nou jij?’ Er waren ong. 450 mensen in de kerk. Wij hebben allebei heel bewust alles meegemaakt en hebben ook met de communie iedereen langs zien komen. Bjorn was heel storend voor ons. Hij weet heel goed dat hij in de kerk stil moet zijn, maar nu zat hij steeds achterstevoren en had dan weer honger en dan weer dorst. Ik kon het niet uitstaan van hem: Dit laatste uur mochten we toch nog wel even alle aandacht voor Benthe hebben?!
Tijdens de communie mochten ook alle kinderen mee naar voren komen, en die kregen dan van Bjorn een hartje. Die had ze meegekregen van mijn schoonmoeder voor op vakantie, maar helaas heeft ze er nooit één van op. Bjorn deelde ze nu uit namens haar. Hier kregen we naderhand veel positieve reacties over.

We draaiden muziek van o.a. de Kast, Paul de Leeuw en mijn idool André Hazes. Na de H.Mis werd ons meisje door onze vrienden naar het kerkhof gedragen... wij zijn zelf als laatste op het kerkhof gebleven, waar ze bovenop Timo* in het graf gelegd werd door ons drietjes. Hierna strooiden we nog wat steentjes van het Spaanse strand over haar heen, die we hiervoor speciaal meegenomen hadden. Ook schepten we zelf nog wat zand over haar heen en toen gingen we naar de koffietafel, waar iedereen al was. De meeste mensen hadden we al gesproken, dus verliep het best wel ontspannen.

En dan zijn alle "plechtigheden"voorbij en moet je je leven weer proberen op te pakken. Er zijn sinds ons Benthe's dood nog geen gelegenheden geweest, waar we niet naar toe zijn gegaan, maar echt van harte gaat het niet echt. Je bent er CONTINU mee bezig en je betrekt alles op jezelf wat er gezegd wordt. Mensen hoeven tegen ons absoluut niet ieder woord wat ze tegen ons zeggen, af te wegen, maar als iemand zit te "zeuren"omdat het zo lastig is om een jonger kind mee naar de zwemles te nemen, zou ik het wel eens willen uitschreeuwen :"Ik zou wel willen ruilen, hoor!!"
Gelukkig komt dit niet zo vaak voor, maar sommige mensen weten niet hoe rijk ze zijn met gezonde, levende kinderen.

Bjorn bij het grafje van Timo en Benthe

Benthe's eerste sterfdag is net achter de rug, maar zoals gezegd, na een jaar missen we haar nog evenveel of meer.
Het doet ons heel erg goed dat we nog steeds heel veel steun en begrip krijgen van mensen. Sommige mensen zeggen ook dat ze nog heel veel aan ons meisje denken en daar zijn we heel dankbaar voor.Mijn grote angst is dat dat over een tijd steeds minder zal worden en dat wij dan het gevoel hebben, dat wij (en hier bedoel ik ook onze families mee) alleen nog aan haar denken.
Gelukkig heb ik een paar ECHTE trouwe vriendinnen waar ik altijd terecht kan en daar maak ik dan ook dankbaar gebruik van.
Samen met Bjorn en onze familie en vrienden gaan we door, maar Benthe zal altijd de spil van ons bestaan zijn......

Juni 2005

Inmiddels is ons meisje al weer bijna 3 jaar niet meer bij ons. Ze is er nu al langer niet meer dan dat ze er wel was en dat voelt heel onwerkelijk. De afgelopen tijd was moeilijk, met ups en downs. Waarschijnlijk denkt de buitenwereld dat het allemaal wel weer goed gaat. Ze zien ons overal. We durven weer te lachen en plezier te maken. Misschien moet ik de rest maar in de Ik-vorm schrijven. Johan heeft er minder moeite mee. Het is niet zo dat hij ons meisje niet mist, maar het doet hem niet meer zo'n pijn als in het begin. Gelukkig verwijten we elkaar nooit dat de één er anders mee omgaat dan de ander. Ik heb zelf nog altijd de behoefte om elke dag naar het kerkhof te gaan en Johan heeft dat minder, maar we vinden het goed van elkaar. Ik heb me wel eens afgevraagd of wij wel "normaal" zijn.

Van andere ouders die ook een kind hebben verloren, hoor ik wel eens dat zij er zelf óók liever niet meer zouden zijn of dat ze een hele lange tijd niet in staat zijn om te werken. Ik heb nooit die gedachtes gehad en ben al na 7 weken weer aan het werk gegaan. Dus dacht ik wel eens dat wij niet normaal zijn... Maar dan ineens overvalt het me weer. Dan kan ik door een gebeurtenis of opmerking (niet verkeerd bedoeld) weer helemaal terug bij "af" zijn. Ons meisje is áltijd in mijn hart en héél veel in mijn gedachten. Voor iemand die dit niet heeft meegemaakt, is dit heel moeilijk te begrijpen, maar ieder lied dat ik hoor, of ieder gedicht dat ik lees, betrek ik áltijd op ons Benthe en daar kan ik dan heel verdrietig van worden. Nog steeds vind ik het heel moeilijk als mensen "klagen" over het hebben van kinderen: Gebonden zijn, verstoorde nachtrust. Nou, ik zou het allemaal graag voor ons meisje over hebben!!

Sinds 5 april 2004 hebben wij, gelukkig, ook weer een verstoorde nachtrust, want wij zijn de trotse ouders geworden van een zoontje: Tibe. De namen van Timo* en Benthe* komen hier in terug. Op zijn geboortekaartje stond:

Niemand zal ooit ons Benthe kunnen vervangen
Toch groeide bij ons steeds meer het verlangen
Om Bjorn nog eens een broertje of zusje te geven
Eentje die bij hem blijft; zijn hele leven
Vandaag laten wij u dankbaar weten
Dat ons vierde kindje Tibe zal gaan heten
Door hem een stukje van de namen van Timo en Benthe te geven
Hopen we dat onze engeltjes in hem voort mogen leven

Tibe is een héérlijk mannetje. Hij lijkt heel veel op Benthe, ook in zijn karakter. Hij is heel makkelijk. De eerste dagen/weken nadat Tibe geboren was, had ik soms geen tijd om even naar ons meisje toe te gaan en ik voelde me daar heel schuldig over. Nu ga ik weer bijna elke dag naar haar grafje toe en Tibe gaat gewoon mee. Hij geeft haar foto op het grafje kusjes en als we weer weggaan, zwaait hij naar haar. De route langs het kerkhof is voor hem even normaal als naar de slager en de bakker.

Ook voor Bjorn is het nog niet altijd gemakkelijk. Eigenlijk net als ikzelf, heeft hij een hele goede periode gehad, maar af en toe is hij ook nog zó verdrietig. Hij heeft in april zijn Eerste Communie gedaan en ter voorbereiding hier op, kreeg hij steeds verhalen thuisgestuurd met opdrachten erbij. Die verhalen gingen vaak over dood gaan en zó werd hij weer gedwongen er weer eens diep over na te denken. Ik denk dat wij alledrie nog steeds het allerergste voor onszelf wegdrukken, omdat het té veel pijn doet. Ik denk heel veel aan ons meisje, maar als ik aan het moment denk dat ze stierf, druk ik dat gauw weer weg. Bjorn heeft dat dus ook, maar soms kan hij er dus niet onderuit en dan huilt hij (vaak in bed) echt hartverscheurend. Zó zielig! Dan breekt mijn hart!

De dagen die voorheen het leukst waren, zijn nu het moeilijkst. Alles wat we voorheen "met z'n allen" deden, doen we nu zonder ons Benthe. Daar zie ik dan als een berg tegenop. Kerstmis, Oud en Nieuw, carnaval, enz. Dan mis ik haar het meest. Sinds haar sterven heb ik ook geen kerstkaarten meer gestuurd. Ik vind het allemaal zo nietszeggend. Mensen kalken in één avond tachtig kaarten vol met hun naam, maar het zegt niets. Het afgelopen jaar waren de kerstkaarten op twee handen te tellen, waar mensen iets liefs op hadden geschreven. Dat ze weten dat het voor ons nog steeds niet makkelijk is en dat de feestdagen nooit meer zo zijn, als ze zouden móeten zijn. Zulke kaartjes doen me dan heel goed, terwijl ik juist weer verdrietig wordt van een kaartje met alleen een afzender. Maar ik neem het niemand kwalijk

Voordat wij ons meisje verloren,kon ik me ook niet indenken dat het zó'n invloed op iemands leven kan hebben. Als er in mijn omgeving iemand een dierbare had verloren door een overlijden, vroeg ik na een paar weken ook alweer: "Gaat het weer een beetje met je?" Terwijl ik nu weet dat dat helemaal niet kan. Maar gelukkig zijn er niet zo heel veel mensen die het moeten ervaren hoe het is om een kind te verliezen. Al zijn het er natuurlijk áltijd te veel...

Haar derde sterfdag zit er al weer bijna aan te komen. Drie jaar alweer. En toch mis ik haar nog op heel veel momenten van de dag. Ik mail nu al bijna drie jaar mee met een groep ouders (lotgenoten) op Lieve-Engeltjes. Ik heb daar nog altijd veel steun aan. Ik zeg altijd dat Lieve-Engeltjes mijn psychiater is. Want het helpt me echt om door te gaan. De ouders die daar mee mailen, zitten allemaal in hetzelfde schuitje en iedereen is altijd bereid om te luisteren op moeilijke momenten.

Deze zomer gaan we voor het eerst weer naar dezelfde camping, in dezelfde caravan op vakantie. Het zal heel veel herinneringen oproepen en veel emoties losmaken. We zien het wel; ik weet nu nog niet hoe ik er op zal reageren. We proberen er toch maar weer wat van te maken. Net zoals elke dag eigenlijk. Dat gapende (maar onzichtbare!) gat in mijn hart zit er toch áltijd en overal!!!

Vijf jaar zonder ons meisje

Inmiddels zijn we vijf jaar verder. Vijf jaren; onvoorstelbaar, hoe die voorbij gevlogen zijn. Het is niet zo dat het voelt als de dag van gisteren; maar dat het al vijf jaar geleden is; zo voelt het zéker ook niet. Ons meisje is elke dag in mijn gedachten. Inderdaad, de scherpe kantjes gaan er wel af, zoals altijd gezegd wordt. Maar het gemis blijft. De ene keer is het erger dan de andere keer. Ik denk dat ik het verdriet nog steeds onbewust weg stop, maar ineens overvalt het me dan tóch als ik het niet verwacht. De sterfdag en verjaardag gaan bijvoorbeeld altijd best goed. We hebben dan gelukkig ook altijd lieve mensen om ons heen, die ons laten weten dat ze ons meisje ook nooit zullen vergeten.

Maar als ik er niet op reken, kan ik soms ineens overvallen worden door mijn verdriet. Zo wilde ik eens een keer 'eventjes' een t-shirtje voor Tibe pakken uit de kast op onze kamer, waar alle kleertjes van Benthe in liggen. Ik wilde het 'eventjes' pakken, maar bij het zien van al die meisjeskleertjes, waar ze allemaal zo mooi in was, brak ik ineens. Dan mis ik haar zó erg en zou haar zó graag weer zien pronken in die mooie jurkjes en andere mooie kleertjes......

En in april deed haar liefste vriendinnetje Sanne haar Eerst Communie. Op het laatst werd in de kerk 'Lang zullen ze leven' gezongen. Een heel beladen liedje voor ons, want één van de laatste beelden op video (die ik trouwens niet durf te bekijken) zijn van haar tweede verjaardag. Wij zingen allemaal 'Lang zal ze leven' voor haar, maar helaas mocht ze daarna geen half jaar meer leven. Dus in de kerk stonden mijn moeder, zus en ik ook allemaal te huilen. Ik was zó bedroefd dat ons meisje ook hier weer niet bij kon zijn.

Voor een buitenstaander is het ook niet te begrijpen. Ons Benthe is gewoon bijna altijd in mijn gedachten, al zie je dat natuurlijk niet aan ons. We gaan overal naar toe en doen overal aan mee, maar soms zou ik het wel uit willen schreeuwen dat het niet is wat het lijkt. Wij zijn niet de ouders van twee jongens, maar ons meisje hoort er ook bij!

Binnenkort zijn mijn ouders veertig jaar getrouwd. Een voor de hand liggend cadeau zou een foto van de kleinkinderen zijn. Maar die foto is nooit meer compleet. Zo voelen mijn ouders het ook. Die gaan allebei, net als ik, nog bijna elke dag naar het graf van ons meisje. Wij hoeven zelf ook nooit het graf te poetsen of nieuwe plantjes te zetten. Dat doet mijn vader. Zo heeft hij toch het gevoel dat hij nog iets voor zijn kleine meisje kan doen.

Toen ons meisje net dood was, werden we van alle kanten gewaarschuwd dat het met het begrip van de buitenwereld snel afgelopen zou zijn. Gelukkig is dat bij ons zéker niet het geval! Er zijn zo veel mensen die nog altijd oprecht vragen hoe het met ons gaat en ons nog regelmatig laten weten dat ze nog aan ons meisje denken. Dat doet ons heel erg goed.

Bjorn is nu tien jaar. Hij heeft het niet meer elke dag over ons Benthe, maar hij denkt er ook nog heel veel aan, zegt hij. Hij is heel gevoelig door het verlies van zijn zusje. Toen vorig jaar de moeder van een klasgenootje veel te vroeg overleed, was hij heel erg verdrietig; hij weet immers wat dit meisje mee moet maken en hoe groot het verdriet is in zo'n gezin. Als hij nieuwe mensen ontmoet, vertelt hij ook altijd dat hij een zusje gehad heeft, dat is dood gegaan. Dat deed ik de eerste tijd ook altijd. Nu denk ik het wel altijd, maar ik vertel het niet altijd meer. In dat opzicht heeft het verdriet misschien wel een 'plekje' gekregen, zoals mensen dat altijd zo graag willen horen. Maar wél een plekje in ons hart en niet een plekje ergens onder in een doos, want in ons hart is ze heel erg aanwezig!

Volgende week gaan we weer naar de camping. We zullen daar ook zijn op haar vijfde sterfdag. Gelukkig zijn alle lieve mensen die ons daar toen ook zo tot steun zijn geweest, er ook weer. We nemen roze fakkels mee, die we 's avonds aan willen maken op de plek waar ik haar in mijn armen had, toen ik zag dat het helemaal fout was.

Ik ben een collage aan het maken met foto's van haar en daar tussenin stukjes tekst geplakt uit het contactblad van de Vereniging van Ouders van een Overleden Kind. Dit zijn citaten van lotgenoten, die heel goed mijn gevoelens weergeven, die ik zo graag aan mijn omgeving uit zou willen leggen. Zo staat er bijvoorbeeld:

Een ander stukje tekst dat ook heel goed omschrijft hoe het voelt is dit:

Bedankt dat u (nogmaals) de site van ons Benthe hebt bekeken. Veel groeten,
Familie van Osch, trotse ouders en broertjes van Benthe voor altijd.